Programma 0 Bestuur en ondersteuning

Ontwikkelingen

Terug naar navigatie - Ontwikkelingen

Paspoortpiek
Vanaf 2024 is er een aanzienlijke stijging in het aantal aanvragen voor paspoorten en identiteitskaarten (ook wel: paspoortpiek). Paspoorten en identiteitskaarten waren in 2014 voor het eerst 10 jaar geldig (voor volwassenen vanaf 18 jaar). Daarvoor was de geldigheidsduur van deze documenten 5 jaar. Dat zorgde ervoor dat tussen 2019 en 2024 minder nieuwe documenten aangevraagd zijn. Vanaf 2024 verlopen de eerste documenten met 10-jarige geldigheid. Dit betekent dat vanaf 2024 meer inwoners dan normaal hun documenten gaan vernieuwen, wat zorgt voor extra druk op de bestaande personele capaciteit en voor verlaagde klanttevredenheid op de dienstverlening vanwege de langere wachttijd bij de aanvragen van documenten. De piek duurt vijf jaar.
Naast deze piek hebben we bij Burgerzaken/KCC ook te maken met zeer hoog langdurig ziekteverzuim.
De extra inzet die we hierop inzetten leidt mogelijk tot een extra bedrijfsvoeringslast.
Ondanks de extra opbrengsten op de leges die wij in de Begroting 2025 en volgende jaren hebben opgenomen verwachten wij een te kort op de bedrijfsvoering.
 
 Wij komen hier bij de Begroting 2025/Najaarsnota 2024 op terug.

Wat willen wij bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen wij bereiken?

Optimale dienstverlening

Terug naar navigatie - Optimale dienstverlening

Wij zorgen voor een optimale dienstverlening. Zowel in het gemeentehuis als met onze digitale dienstverlening. Veel diensten en producten zijn de afgelopen jaren al gedigitaliseerd. Wij kiezen voor 'digitaal tenzij'. Het moet voor Capellenaren altijd mogelijk zijn om diensten en producten ook aan de balie aan te vragen. Daarbij staat de menselijke maat centraal waarbij wij maatwerk leveren. De vervolgstap is om onze dienstverlening 'aan de achterkant' goed in te richten. Dit geeft een impuls aan de kwaliteit van onze dienstverlening. 

 

Wat gaan wij daarvoor doen?

0.1 Algemene uitkering decembercirculaire 2023

Terug naar navigatie - 0.1 Algemene uitkering decembercirculaire 2023

Algemene uitkering decembercirculaire 2023 - Onvermijdelijk
Lasten / Baten: N 954 in 2024, N 558 in 2025, N 78 in 2026 en 2027 en N 79 vanaf 2028
Kasstroom: N 954 in 2024, N 558 in 2025, N 78 in 2026 en 2027 en N 79 vanaf 2028

Het gemeentefonds is de grootste inkomstenbron van de gemeente. Door middel van circulaires worden de gemeenten geïnformeerd over de ontwikkelingen van het gemeentefonds. Deze circulaires verschijnen jaarlijks in mei, september en december.  De gemeenten kunnen op basis van deze circulaires hun aandeel in het gemeentefonds berekenen. In dit wijzigingsvoorstel zijn de effecten van de decembercirculaire 2023 verwerkt voor 2024 en volgende jaren. Over de uitkomsten hebben wij u  in januari 2024 geïnformeerd.

Hieronder volgt een korte toelichting op mutaties uit de decembercirculaire 2023.

Ontwikkeling uitkeringsbasis
De uitkeringsfactoren van 2023 en 2024 zijn verlaagd met 7 punten vanwege een actualisatie van de maatstaf “Huishoudens met een laag inkomen”.  De verlaging van de uitkeringsfactor vanaf 2025 wordt pas verwerkt in de meicirculaire 2024 en is daarom in deze berekening niet meegenomen. 
De recent aangeleverde aantallen van de maatstaf “Huishoudens met een laag inkomen” zijn macro gezien hoger dan de raming. Voor Capelle is het aantal gelijk gebleven. Per saldo resulteert dit in een nadeel als gevolg van de verlaging van de uitkeringsfactor.

Hoeveelheidsverschillen
De doorrekening van decembercirculaire 2023 is gebaseerd op de woningbouwprognose van 31 oktober 2023. Uit de woningbouwprognose van 31 oktober 2023 blijkt dat als gevolg van verschuivingen een lager aantal woningen gereed komt de komende jaren. Eén en ander leidt tot een lager aantal woningen. Dit lagere aantal heeft ook effect op de maatstaven “Waarde woningen eigenaren” en “inwoners”. In de Najaarsnota 2023 bent u geïnformeerd over de financiële effecten van deze verschuivingen.

Wij stellen u voor om de baten in de begroting te verlagen met N 954 in 2024, N 558 in 2025, N 78 in 2026 en 2027 en N 79 vanaf 2028. 

2024 2025 2026 2027 2028 2029 e.v.
Stand Najaarsnota 2023 V 161.632 V 162.409 V 151.134 V 153.273 V 155.122 V 155.122
Mutaties Decembercirculaire 2023 N 954 N 558 N 78 N 78 N 79 N 79
Stand Decembercirculaire 2023 V 160.678 V 161.851 V 151.056 V 153.195 V 155.043 V 155.043
Algemene mutaties
Ontwikkeling uitkeringsbasis N 800
Hoeveelheidsverschillen N 154 N 558 N 78 N 78 N 79 N 79
Totaal N 954 N 558 N 78 N 78 N 79 N 79

0.2 Rente

Terug naar navigatie - 0.2 Rente

Rente - Onvermijdelijk
Lasten / Baten: V 25 in 2024, N 181 in 2025, N 712 in 2026, N 1.217 in 2027, N 1.644 in 2028, N 2.118 in 2029, N 2.657 in 2030, N 3.244 in 2031 en N 3.913 in 2032.
Kasstroom: V 25 in 2024, N 181 in 2025, N 712 in 2026, N 1.217 in 2027, N 1.644 in 2028, N 2.118 in 2029, N 2.657 in 2030, N 3.244 in 2031 en N 3.913 in 2032.

Vanaf de Voorjaarsnota 2023  rekenen wij voor toekomstige leningen met een percentage van 3,5%. De afgelopen maanden fluctueerde de rente voor een 25-jaars lineaire lening tussen de 3,1% en 3,5% rente. De verwachting is dat de ECB in juni 2024 de rente verlaagt. De verwachting is niet dat deze renteverlaging resulteert in een renteverlaging voor langlopende leningen. Dit komt omdat de markt deze renteverlaging al enige tijd inprijst in hun tarieven.  In de Voorjaarsnota 2024 blijven wij rekenen met een rekenrente van 3,5%.  In de begroting 2024 is ook ingezet op de verlaging van het negatieve EMU-saldo, omdat jaarlijks blijkt dat wij niet het begrote negatieve EMU-saldo realiseren. Dit komt doordat wij minder investeren dan gepland, hogere begrotingsresultaten hebben en minder uitgaven aan onze voorzieningen onttrekken. Deze lijn zetten wij in deze Voorjaarsnota 2024 voort. In 2024 is op basis van ervaring uit het verleden rekening gehouden met een lagere liquiditeitsbehoefte dan uit de begroting naar voren komt. Op basis hiervan is de rente voor 2024 en verder geraamd. 

In deze Voorjaarsnota 2024 is een inschatting gemaakt van de te verwachten rentelasten en rentebaten op basis van de in deze Voorjaarsnota opgenomen voorstellen. De rentelasten in 2024 worden met V 25 naar beneden bijgesteld en in latere jaren wordt deze naar boven bijgesteld, oplopend tot N 3.913 in 2032.  De rentebaten worden niet bijgesteld. De (meerjarige) verwerking van de omslagrente waarmee de rente wordt toegerekend aan de diverse taakvelden, wordt opgenomen in de Begroting 2025 en Najaarsnota 2024.

Wij stellen u voor de lasten in de begroting te verlagen met V 25 in 2024, N 181 in 2025, N 712 in 2026, N 1.217 in 2027, N 1.644 in 2028, N 2.118 in 2029, N 2.657 in 2030, N 3.244 in 2031 en N 3.913 in 2032.

0.3 Consequenties 1e begrotingswijziging 2024 GR IJsselgemeenten

Terug naar navigatie - 0.3 Consequenties 1e begrotingswijziging 2024 GR IJsselgemeenten

Consequenties 1e begrotingswijziging 2024 GR IJsselgemeenten - Onvermijdelijk / Beleidskeuze
Lasten/ Baten:  V 307 in 2024, en V 31 in de jaren  2025 tot en met 2028
Kasstroom: V 307  in 2024

ICT (programma 0)
In de 1e begrotingswijziging wordt ten aanzien van het Programma ICT om het doorschuiven van onderhoudskosten uit 2023 naar 2024 gevraagd en zijn er lagere kapitaallasten vanaf 2024.

Onderhoudskosten doorschuiven van 2023 naar 2024 
In 2023 zijn geplande onderhoudswerkzaamheden niet uitgevoerd en doorgeschoven naar 2024. De kosten die doorschuiven van 2023 naar 2024 zijn N 390. Het aandeel van Capelle is N 269.

Lagere kapitaallasten 
N.a.v. de accountantscontrole 2022 activeren wij  minder kosten voor onder andere software, daarnaast zijn er investeringen uit 2023 die wij hebben doorgeschoven naar 2024. Hierdoor zijn de kapitaallasten in de jaren 2024 tot en met 2028 45k lager, aandeel Capelle V 31.

SoZa (programma 6B)
In de 1e begrotingswijzing 2024 vindt er op het Programma SoZa een vrijval van de reserve ESF plaats, tevens worden budgetneutraal lasten verschoven binnen de bedrijfsvoering en zijn er hogere uitvoeringskosten met betrekking tot leefgeld Oekraïners.

Vrijval reserve ESF
In het tweede kwartaal van 2024 is er een eindbeschikking van de ESF-REACT subsidie ontvangen. Er is een definitief subsidiebedrag toegekend van 1,161 miljoen dat naar verwachting in april 2024 wordt ontvangen. Een bedrag van 861K is de afgelopen jaren voor ESF-REACT in de reserve ESF gedoteerd. Het resterende bedrag in de reserve ESF kan nu vrijvallen. Het aandeel Capelle is V 603. Een deel van deze vrijval, te weten V537, zal worden ingezet ter dekking van de hogere kosten inzake het participatiebudget, zie programma 6B (VJN24 - 6B.X).

Uitvoeringskosten leefgeld Oekraïners
De uitvoering van de intake, verstrekking, verwerking wijzigingen en beëindigingen voor de verstrekking van leefgeld aan Oekraïense vluchtelingen vergen in 2024 1 fte. De uitvoeringskosten voor heel 2024 bedragen 82k, aandeel Capelle N 58.

Wij stellen u voor de lasten in de begroting te verlagen met V 307 in 2024, V 31 in de jaren 2025 tot en met 2028.

De wijzigingen zijn cijfermatig verwerkt op de betreffende programma's, maar komen daar niet meer als separate voorstellen terug. Dit voorstel raakt de volgende programma's:

2024 2025 2026 2027
ICT - aanpassing bedrijfsvoeringsbudget N0 N0 N0 N0
ICT -aanpassing onderhoudsbudget N238 V31 V31 V31
Totaal programma 0 N238 V31 V31 V31
Sociale Zaken - aanpassing bedrijfvoeringsbudget V545 N0 N0 N0
Totaal programma 6B V545 N0 N0 N0
Totaal V307 V31 V31 V31

0.4 Onttrekking reserve Denk & Doe mee!-fonds

Terug naar navigatie - 0.4 Onttrekking reserve Denk & Doe mee!-fonds

Onttrekking reserve Denk & Doe mee!-fonds - Onvermijdelijk / Technisch
Lasten / Baten: N 512/ V 512 in 2024
Kasstroom:  N 512 in 2024

In 2024 vindt er nog vaststelling plaats van subsidies vanuit het Denk & Doe mee!-fonds die tot en met 31 december 2023 zijn verleend. Het betreft onder meer grotere initiatieven die een langere doorlooptijd hebben. Bij de vaststelling van de subsidie na realisatie van een initiatief moet het laatste deel van 10% van het subsidiebedrag worden uitbetaald. Daarnaast is er voor 31 december 2023 een grotere subsidie toegekend onder voorwaarde dat voor dat initiatief een vergunning wordt verkregen. Zodra die vergunning is verleend, moet de subsidie nog worden uitbetaald. Om deze betalingen te kunnen verrichten, wordt 512K onttrokken uit de reserve DDMF. Na deze onttrekking blijft er nog een restantbedrag van 350K over in de reserve.

Wij stellen u voor om de lasten/baten in de begroting te verhogen  met N 512 / V 512 in 2024.

0.5 Aanpassing budgetten Denk & Doe mee!-fonds 2024 en 2025

Terug naar navigatie - 0.5 Aanpassing budgetten Denk & Doe mee!-fonds 2024 en 2025

Aanpassing budgetten Denk & Doe mee!-fonds 2024 en 2025 - Onvermijdelijk / Technisch
Lasten / Baten:  N 0/ V 208 in 2024 en V 566 / V 142 in 2025

Kasstroom:  V 566 in 2025

Bij de vaststelling van de verkenning naar de structurele inbedding van het Denk & Doe mee!-fonds door de gemeenteraad op 3 juli 2023 is bepaald dat er in een jaar alleen subsidiebudget beschikbaar wordt gesteld als er een positief begrotingssaldo is. Dit is in 2024 en 2025 niet het geval. Ter dekking van de kosten voor 2024 is in de begroting 2024 (B24 - 0.7) reeds 500K onttrokken uit de reserve Denk & Doe mee!-fonds. In totaal zijn er 708K aan kosten begroot. Voorgesteld wordt, om de algemene middelen minder te belasten, de nog benodigde dekking van 208K ook aan de reserve Denk & Doe mee!-fonds te onttrekken.
Er resteert dan nog een bedrag van 142K in de reserve Denk & Doe mee!-fonds. Deze middelen zijn (gedeeltelijk) nodig ter dekking  van de noodzakelijke personeelslasten in 2025 voor de afhandeling van subsidies die tot 31-12-2024 zijn toegekend. Bij de begrotingsbehandeling van 2025 wordt bepaald of alsnog een subsidiebudget voor 2025 voor de Denk & Doe mee!- regeling beschikbaar gesteld kan worden.

Voor 2025 en volgende jaren wordt het subsidiebudget vooralsnog op 0K gesteld. De bedragen die in de begroting 2024-2032 voor het Denk & Doe mee!-fonds waren gereserveerd vallen vrij ten gunste van het resultaat, resp. 208K in 2024 en 708K in 2025. 

Wij stellen u voor om de baten in de begroting te verhogen met V 208 in 2024 en om de lasten/baten in de begroting te verlagen/verhogen met V 566 / V142 in 2025.

0.6 Voorziening onderhoud

Terug naar navigatie - 0.6 Voorziening onderhoud

Voorziening onderhoud - Onvermijdelijk
Lasten / Baten: N 301 in 2024, N 210 in 2025, N 155 in 2026, N 162 in 2027, N 184  in 2028, N 47 in 2029, V 106 in 2030, V 251 in 2031 en  2032.
Kasstroom: V 313 in 2024, N 581 in 2025, N 445 in 2026, N 87 in 2027, N 507 in 2028, N 333 in 2029, N 438 in 2030, N 188 in 2031 en N 752 in 2032.

In 2023 is gepland onderhoud doorgeschoven naar 2024 en latere jaren.
Redenen hiervoor zijn dat:
•    onderhoud technisch in 2023 nog niet noodzakelijk was;
•    onderhoud beter gebundeld kan worden met uit te voeren onderhoud in 2024 en later jaren; 
•    onderhoud betrokken kan worden bij verduurzamingsmaatregelen;
•    de juridisch overdracht van het onderwijsgedeelte van MFC Fascinatio is uitgesteld naar 2024.
Als gevolg van bovenstaande wijzigen de jaarlijkse onttrekkingen. De onttrekking in 2024 daalt met V 313 en stijgt in 2025 met N 581, in 2026 met N 445, in 2027 met N 87, in 2028 met N 507, in 2029 met N333, in 2030 met N 438, in 2031 met N 188 en in 2032 met N 752. 

Indexatie

In de begroting 2024 is in de voorziening onderhoud rekening gehouden met een indexatie van 3%. Als gevolg van eerdere indexaties vanwege hogere prijzen voor grondstoffen en personeel is het dit jaar niet noodzakelijk om rekening te houden met een extra prijsstijging.

Dotatie
In de begroting 2024 is een wijzigingsvoorstel opgenomen waarin de dotaties aan de voorziening onderhoud gebaseerd worden op een termijn van 10 jaar waarbij de dotatie jaarlijks fluctueert. Naar aanleiding van de accountantscontrole van de jaarrekening 2023 is gebleken dat een jaarlijks fluctuerende dotatie niet is toegestaan. Daarom wordt voorgesteld om de jaarlijkse dotatie met ingang van 2024 te middelen en vast te stellen op 2,1 miljoen per jaar. Als gevolg daarvan stijgen de dotaties in de jaren 2024 t/m 2029 en worden verlaagd in de jaren 2030 t/m 2032 ten opzichte van de in de begroting 2024 opgenomen dotaties. De wijzigingen betreffen derhalve een egalisatie van de dotaties naar een vast bedrag per jaar. Per saldo verloop één en ander in principe budgettair neutraal.

Wij stellen u voor om de jaarlijkse dotatie aan de onderhoudsvoorziening te verhogen met N 301 in 2024, N 210 in 2025, N 155 in 2026, N 162 in 2027, N 184 in 2028, N 47 in 2029 en te verlagen met V 106 in 2030 en V 251 in 2031 en 2032 en de onttrekkingen aan de onderhoudsvoorziening te verlagen in 2024 met V 313 en te verhogen in 2025 met N 581, in 2026 met N 445, in 2027 met N 87, in 2028 met N 507, in 2029 met N333, in 2030 met N 438, in 2031 met N 188 en in 2032 met N 752. 

De wijzigingen zijn cijfermatig verwerkt op de betreffende programma's, maar komen daar niet meer als separate voorstellen terug. Dit voorstel raakt de volgende programma's: 

Programma 2024 2025 2026 2027 2028 2029 2030 2031 e.v.
0 N753 N662 N607 N614 N636 N500 N347 N202
1 N14 N14 N14 N14 N14 N13 N14 N14
2 V17 V17 V17 V17 V17 V17 V17 V17
4 V22 V22 V22 V22 V22 V22 V22 V22
5A V335 V335 V335 V335 V335 V335 V335 V335
5B V16 V16 V16 V16 V16 V16 V16 V16
6A V69 V69 V69 V69 V69 V69 V69 V69
8 V7 V7 V7 V7 V7 V7 V8 V8
Totaal N301 N210 N155 N162 N184 N47 V106 V251

0.7 Dividend Stedin

Terug naar navigatie - 0.7 Dividend Stedin

Dividend Stedin - Onvermijdelijk
Lasten / Baten: V 496 in 2024 en V 300 in 2025
Kasstroom: V 496 in 2024 en V 300 in 2025

Uit de jaarrekening 2023 van Stedin N.V. is gebleken dat er een groter voordeel is ontstaan in 2023 dan verwacht, wat resulteert in een hoger dividend voor de aandeelhouders. Het voordeel is hoofdzakelijk ontstaan door hogere transportopbrengsten.

Onderstaande tabel geeft de dividendprognose weer uit de meerjarenbegroting incl. voorliggend wijzigingsvoorstel.

Wij stellen u voor om de baten in de begroting te verhogen met V 496 in 2024 en V 300 in 2025.

Nutsbedrijf Begroting 2024 Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028 Begroting 2029 Begroting 2030 Begroting 2031 Begroting 2032
Stedin N.V. V1.043 V847 V847 V847 V847 V847 V847 V847 V847

0.8 Dividend Evides

Terug naar navigatie - 0.8 Dividend Evides

Dividend Evides - Onvermijdelijk
Lasten / Baten: N 347 vanaf 2025
Kasstroom:  N 347 vanaf 2025

In de collegebrief van 23 april 2024 is uw raad geïnformeerd over de aankondiging vanuit Evides N.V. over de verlaging van het dividend vanaf 2025. De verlaging van het dividend wordt voornamelijk veroorzaakt door meerjarige resultaatontwikkeling, gestegen marktrente en het hogere investeringsniveau. Ook wordt er geleidelijk gewerkt naar een doelsolvabiliteit van 40% naar 41%.

Onderstaande tabel geeft de dividendprognose weer uit de meerjarenbegroting incl. voorliggend wijzigingsvoorstel.

Wij stellen u voor om de baten in de begroting te verlagen met N 347 vanaf 2025.

Nutsbedrijf Begroting 2024 Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028 Begroting 2029 Begroting 2030 Begroting 2031 Begroting 2032
Evides N.V. V444 V235 V235 V235 V235 V235 V235 V235 V235

0.9 Aanpassen budgetten jaarlijks onderhoud

Terug naar navigatie - 0.9 Aanpassen budgetten jaarlijks onderhoud

Aanpassen budgetten jaarlijks onderhoud - Onvermijdelijk 
Lasten / Baten: N 43 / V10 in 2024 en N39 / V10 vanaf 2025
Kasstroom:  N 43 in 2024 en N 39 vanaf 2025

De kosten van onderdelen en arbeid zijn in het afgelopen jaar verder gestegen. Dit werkt door in de kosten van het preventief en correctief onderhoud (regulier jaarlijks onderhoud) van ons gemeentelijke vastgoed. Onze gecontracteerde aannemers hebben de overeengekomen prijzen moeten indexeren tussen de 3,1% en 7%. Vanwege contractuele verplichtingen zijn wij genoodzaakt om mee te gaan met de indexaties van de aannemers. In de Begroting 2024 is slechts rekening gehouden met een indexering van 3%. 

De verwachting is dat de kosten voor het regulier jaarlijks onderhoud in 2024 het beschikbare budget zullen overstijgen met N 43 en vanaf 2025 met N 39. 

Het nadeel van N 10 op programma 7 heeft betrekking op riolering en leidt tot een hogere onttrekking van V 8 uit de Voorziening riolering middelen derden en V 2 uit de Voorziening afvalstoffenheffing. 

Wij stellen u voor de lasten in de begroting te verhogen met 43 in 2024 en met 39 vanaf 2025 en de baten in de begroting te verhogen met V 8 vanaf 2024 als gevolg van een hogere onttrekking uit de Voorziening riolering middelen derden en met V 2 vanaf 2024 als gevolg van een hogere onttrekking uit de Voorziening afvalstoffenheffing.

De wijzigingen zijn cijfermatig verwerkt op de betreffende programma's, maar komen daar niet meer als separate voorstellen terug. Dit voorstel raakt de volgende programma's: 

Programma 2024 2025 e.v.
Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo
0 V48 V48 V48 V48
1 N9 N9 N9 N9
2 N12 N12 N12 N12
4 N6 N6 N3 N3
5A V2 V2 V2 V2
5B N12 N12 N11 N11
6A N31 N31 N31 N31
7 N10 V10 N0 N10 V10 N0
8 N13 N13 N13 N13
Totaal N43 V10 N33 N39 V10 N29

0.10 Aanpassen budgetten energie

Terug naar navigatie - 0.10 Aanpassen budgetten energie

Aanpassen budgetten energie - Onvermijdelijk
Lasten / Baten: V 202 / N 26  in 2024 en V 179 / N 26 vanaf 2025
Kasstroom: V 202 in  2024 en V 179 vanaf 2025

Wij hebben de levering van gas en elektriciteit voor de gemeentelijke objecten opnieuw aanbesteed. 
Hierop is een leverancier gevonden waarbij wij voorafgaand aan ieder kwartaal de prijzen kunnen vastleggen. Voor 2024 hebben we de tarieven volledig vast kunnen leggen. Dit leidt naar verwachting tot een voordeel van V 202 in 2024 en V 179 vanaf 2025. 

Het voordeel van V 26 op programma 7 heeft betrekking op riolering en leidt tot een lagere onttrekking van N 26 uit de Voorziening riolering middelen derden. 

Wij stellen u voor de lasten in de begroting te verlagen met V 202 in 2024 en V 179 vanaf 2025 en de baten in de begroting te verlagen met N 26 vanaf 2024 als gevolg van een lagere onttrekking uit de Voorziening riolering middelen derden.

 De wijzigingen zijn cijfermatig verwerkt op de betreffende programma's, maar komen daar niet meer als separate voorstellen terug. Dit voorstel raakt de volgende programma's: 

2024 2025 e.v.
Programma Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo
0 V15 V15 V15 V15
1 V1 V1 V1 V1
2 V66 V66 V66 V66
3 N2 N2 N2 N2
4 V31 V31 V8 V8
5A V16 V16 V15 V15
6A V50 V50 V50 V50
7 V26 N26 N0 V26 N26 N0
8 N1 N1 N0 N0
Totaal V202 N26 V176 V179 N26 V153

0.11 Integratie Werkplein en taakstellende bezuiniging Vastgoed

Terug naar navigatie - 0.11 Integratie Werkplein en taakstellende bezuiniging Vastgoed

Integratie Werkplein en taakstellende bezuiniging Vastgoed - Onvermijdelijk
Lasten / Baten: N 197 in 2025 en N 50 in 2026
Kasstroom: N 197 in 2025 en N 50 in 2026

In 2025 is een taakstellende bezuiniging vastgoed begroot (Begroting 2022, voorstel 0.21) bestaande uit een besparing door het samenvoegen van het Werkplein in het gemeentehuis (V 197 = besparing V 247 -/- eenmalige verhuiskosten N 50).

De onderzoeken naar de gevolgen van de integratie van het Werkplein zijn in volle gang met als resultaat een voorstel tot definitief besluit.  Onder voorbehoud van deze besluitvorming is de verwachting dat de integratie uiterlijk in 2025 wordt afgerond. De verwachte financiële voordelen zullen vervolgens vanaf 2026 gerealiseerd worden. Wij stellen voor om de reeds in de begroting opgenomen besparing in 2025 aan te passen naar 2026.

Om de genoemde besparing te kunnen behalen zijn eenmalige investeringen nodig. Deze investeringen zijn onderdeel van de lopende onderzoeken en zullen we opnemen in de begroting 2025. 

Wij stellen u voor om de lasten in de begroting te verhogen met N 197 in 2025 en N 50 in 2026.

0.12 Tijdelijke verhoging bestuurlijke kosten

Terug naar navigatie - 0.12 Tijdelijke verhoging bestuurlijke kosten

Tijdelijke verhoging bestuurlijke kosten - Onvermijdelijk
Lasten / Baten: N 175 in 2024
Kasstroom: N 175 in 2024

De gemeente is december jl. geconfronteerd met het onverwachte vertrek van de toenmalige burgemeester. Op dit moment loopt de procedure voor een nieuwe kroonbenoemde burgemeester. Hieraan zijn kosten verbonden voor o.a. training, assessment, reis/verblijfkosten voor gesprekken, vormgeving, uitvoering enquête profielschets, foto- en filmwerk, ondersteuning en communicatie uitingen. Het betreft N 75 voor het jaar 2024.
Binnen de griffie is uitval door ernstige ziekte. De werkgeverscommissie heeft gemeend over te moeten gaan tot inhuur om het werk uit te kunnen voeren. De kosten die hieraan verbonden zijn betreffen N100 voor als nog voor 2024. 

Wij stellen u voor om de lasten in de begroting te verhogen met N 175 in  2024. 

0.13 Stelpost Lonen Capelle en GR IJsselgemeenten

Terug naar navigatie - 0.13 Stelpost Lonen Capelle en GR IJsselgemeenten

Stelpost Lonen Capelle en GR IJsselgemeenten - Onvermijdelijk
Lasten / Baten: N 5 in 2024 en N 289 vanaf 2025
Kasstroom:  N 5 in 2024 en N 289 vanaf 2025

Werkgevers en vakbonden hebben eind 2023 een principeakkoord gesloten over een nieuwe cao voor gemeenteambtenaren. In de nieuwe cao is een salarisstijging afgesproken van 4,75% per 1 januari 2024 en 1,25% per 1 oktober 2024. Het akkoord loopt t/m 31 maart 2025. Inmiddels is het principeakkoord bekrachtigd en daarmee is de nieuwe cao definitief.
In de Begroting 2024 is rekening gehouden met een stelpost lonen van N 2.565 vanaf 2024. 
Naast een loonmutatie door de nieuwe cao, zijn ook de premies gestegen. Het totale effect op de loonkosten bedraagt N 2.425 in 2024 en N 2.795 vanaf 2025. Op basis hiervan is er dus sprake van een overschot van V 140 in 2024 en een tekort van N 230 vanaf 2025. 

Wij stellen u echter voor om het voordeel van V 140 in 2024 niet vrij te laten vallen, omdat wij in 2024 ook hogere kosten in de bedrijfsvoering verwachten.

Daarnaast hebben we ook rekening te houden met de bijdrage aan de GR IJsselgemeenten, omdat zij dezelfde systematiek van begroten hebben als de gemeente en er dus ook daar sprake is van een stelpost die moet worden bijgesteld. Ons aandeel daarin is N 5 in 2024 en N 59 vanaf 2025.

Wij stellen u voor om de lasten in de begroting aan te passen met N 5 in 2024 en N 289 vanaf 2025.

De wijzigingen zijn cijfermatig verwerkt op de betreffende programma's, maar komen daar niet meer als separatie voorstellen terug. Dit voorstel raakt de volgende programma's:

Omschrijving Programma 2024 2025 e.v.
Stelpost lonen Capelle 0 N230
Stelpost lonen GR IJsselgemeenten - ICT 0 V3 N10
Subtotaal Programma 0 V3 N240
Stelpost lonen GR IJsselgemeenten - Sociale Zaken 6B N8 N49
Subtotaal Programma 6B N8 N49
Totaal Lasten N5 N289

0.14 Toegankelijkheid VN Verdrag Plan van Aanpak 2025

Terug naar navigatie - 0.14 Toegankelijkheid VN Verdrag Plan van Aanpak 2025

Toegankelijkheid VN Verdrag Plan van Aanpak 2025 - Onvermijdelijk
Lasten / Baten: N 140 / V 1 in 2025
Kasstroom: N 140 in 2025

Vanuit de Lokale Inclusie Agenda, een verplichting die voortkomt uit de ratificatie van het VN-verdrag handicap, moet de fysieke toegankelijkheid van gemeentelijk vastgoed verbeterd worden. Het VN-verdrag heeft als doel dat de wereld beter toegankelijk en inclusief wordt voor iedereen. 


Er zijn hiervoor 4 keurmerken te behalen: brons, zilver, goud en platina. 

Het bronzen keurmerk voor Toegankelijkheid, betekent dit dat iedereen naar binnen kan. Misschien is hierbij assistentie nodig. Bijvoorbeeld bij een steile helling of een deur met een dranger.

Het zilver keurmerk betekent dit dat iedereen zelfstandig naar binnen kan en dat de voorzieningen zo zelfstandig mogelijk gebruikt kunnen worden.

Een locatie die voldoet aan het gouden keurmerk is nog beter geschikt voor mensen met een zintuiglijke of cognitieve beperking. De voorzieningen voor publiek zijn zelfstandig en gelijkwaardig toegankelijk.

Een locatie met het platina keurmerk is volledig zelfstandig en gelijkwaardig toegankelijk voor iedereen, ongeacht beperking, chronische ziekte, lichaamsomvang of lichaamsafmeting. Platina kan alleen worden gerealiseerd bij nieuwbouw.

Om aan het minimale basisniveau van toegankelijkheid voor onze gebouwen te voldoen wordt voorgesteld om keurmerk brons als uitgangspunt te nemen. Concreet betekent dit dat fysieke belemmeringen voor toegankelijkheid zoals te hoge drempels, te smalle deurkozijnen worden aangepast.  

Het nadeel van N 1 op programma 7 heeft betrekking op riolering en leidt tot een hogere onttrekking van V 1 uit de Voorziening riolering middelen derden. 

Wij stellen u voor om de lasten in de begroting te verhogen met N 140 en de baten in de begroting te verhogen met V 1 als gevolg van een hogere onttrekking uit de Voorziening riolering middelen derden. 

De wijzigingen zijn cijfermatig verwerkt op de betreffende programma's, maar komen daar niet meer als separate voorstellen terug. Dit voorstel raakt de volgende programma's: 

Programma 2025
Lasten Baten Saldo
0 N12 N12
1 N1 N1
2 N7 N7
4 N3 N3
5A N84 N84
5B N4 N4
6A N28 N28
7 N1 V1 N0
Totaal N140 V1 N139

0.15 Uitvoering verduurzamingsprogramma (Krediet 707)

Terug naar navigatie - 0.15 Uitvoering verduurzamingsprogramma (Krediet 707)

Uitvoering verduurzamingsprogramma - Onvermijdelijk

Lasten / Baten: N 15 in 2025 en N 38/V 57 vanaf 2026
Kasstroom: N 425 in 2024, N 297 in 2025, V 54 vanaf 2026

In 2016 heeft de Europese Unie (EU) mede namens Nederland het Klimaatakkoord van Parijs ondertekend. Doel van dit akkoord is om de opwarming van de aarde te beperken. 
Concreet betekent dit voor onze vastgoedportefeuille dat:
1.    Doelstelling 2030: De CO2 -uitstoot moet met ten minste 49% gereduceerd zijn t.o.v.  1990 o.b.v. het klimaatakkoord. De EU heeft deze doelstelling op 55% gezet. 
2.    Doelstelling 2050: De gemeentelijke vastgoedportefeuille is CO2-neutraal en aardgasvrij.

Wij hebben de afgelopen jaren al aanzienlijke stappen gezet in de verduurzaming van ons eigen maatschappelijk vastgoed door het plaatsen van zonnepanelen en een beperkt aantal andere verduurzamingsmaatregelen. De huidige CO2-reductie in 2023 ten opzichte van 1990 is 43%. 
Dit is al een grote stap in de goede richting om aan de 1e doelstelling van 55% te voldoen. Voor de resterende 12% hebben wij een verduurzamingsprogramma gemaakt.

Met het uitvoeren van het verduurzamingsprogramma is de verwachte CO2 besparing circa 55% in 2030 ten opzichte van 1990. Hiermee voldoen wij aan de doelstelling van het klimaatakkoord. 
Voorgesteld wordt om een investeringskrediet beschikbaar te stellen van 425 in 2026 en 282 in 2025 met een afschrijvingslast van N 35 met ingang van 2026. 

Naast de investering zijn beheerkosten nodig voor monitoring, energie coaching en projectleiding, slimme meters, een energieregistratie- en bewakingssysteem (EBS).
Voorgesteld wordt om hiervoor een budget beschikbaar te stellen van N 15 in 2025 en N 12 structureel vanaf 2026.

De investering en beheersmaatregelen leveren naast de CO2 besparing een verlaging van het energieverbruik op met een geschatte waarde van V 66 vanaf 2026.

Wij stellen u voor om de lasten in de begroting in 2025 te verhogen met N 15 en vanaf 2026 te verhogen met N 38 en de baten vanaf 2026 te verhogen met V 57.

De wijzigingen zijn cijfermatig verwerkt op de betreffende programma's, maar komen daar niet meer als separate voorstellen terug. Dit voorstel raakt de volgende programma's:

2025 2026 e.v.
Lasten Lasten Baten Totaal
Programma Beheer- kosten Beheer- kosten Afschrijving Energie- besparing Totaal Energie- besparing
0 N2 V2 N0 V3 V3
1 N1 N1 N1 N1
4 N2 N1 N1 V3 V1 V1
5A N8 N7 N25 N32 V37 V5
6A N2 N1 N7 V4 N4 V17 V13
8 N2 N2 N2 N2
Totaal N15 N12 N35 V9 N38 V57 V19

0.16 Kredieten samenvoegen tot kredieten Werk- en Leefomgeving (752/ -752)

Terug naar navigatie - 0.16 Kredieten samenvoegen tot kredieten Werk- en Leefomgeving (752/ -752)

Kredieten Werk- en leefomgeving - Technisch
Lasten / Baten: N 0 /V 0)
Kasstroom: 0

In de begroting zijn in 2024 kredieten beschikbaar voor het vervangen van meubilair in de bedrijfsvoeringspanden (Gemeentehuis, Gemeentewerf en Werkplein).  De vervangingsinvesteringen vinden mogelijk (nog) niet plaats of zijn onderwerp voor herbestemming om zo aan te sluiten bij het in 2023 vastgestelde visie- en ambitiedocument voor de Werk- en Leefomgeving nu, morgen en overmorgen. Het beleid uit dit document heeft onder meer een andere inrichting van de huidige werkplekken en mogelijke herbestemming van het meubilair als gevolg. 

Wij stellen u voor om de kredieten gerelateerd aan werkplekken en werkomgeving die in 2024 reeds beschikbaar zijn samen te voegen tot één krediet per bedrijfsvoeringspand voor investeringen in het kader van het project Werk- en Leefomgeving.

Bedrijfsvoeringspand Kredieten Werk- en leefomgeving
Gemeentehuis 292
Gemeentewerf 333
Werkplein GR 127
Totaal 752

0.17 Mutaties reserve eenmalige uitgaven

Terug naar navigatie - 0.17 Mutaties reserve eenmalige uitgaven

Mutaties Reserve Eenmalige Uitgaven - Onvermijdelijk
Lasten/baten: N  / V 550  in 2024 en N / V 50  in 2026
Kasstroom: N 550  in 2024 en N 50  in 2026

De Reserve Eenmalige Uitgaven is bedoeld om eenmalige budgetten, die in een jaar nog niet (volledig) besteed zijn, over te hevelen naar latere jaren. Besteding moet binnen drie jaar plaatsvinden. In het onderstaande overzicht staan de mutaties van deze Voorjaarsnota 2024.  Dit betreft vrijwel allemaal onttrekkingen in 2024 van budgetten die in de Jaarrekening 2023 zijn toegevoegd. We zullen nog beoordelen of alles in 2024 wordt besteed. Bij de Najaarsnota 2024 komen we hier op terug.

In de onderstaande tabel staan alle mutaties in deze Voorjaarsnota 2024 weergegeven. De cijfers zijn cijfermatig wel verwerkt in de betreffende programma's, maar komen daar niet meer als separate voorstellen terug.

Progr. Omschrijving budget Besluit 2024 2025 2026
0 Social Return NJN22 0.2 / VJN23 0.6 / NJN23 0.12 N35
Totaal Programma 0 N35
1 Werk en leefomgeving gemeentewerf NJN23 0.10 N7
Totaal Programma 1 N7
2 Nieuwe mobiliteit BG20 / NJN21 2.2 N25
2 Voorbereidingsbudget MIRT VJN21 2.8 / NJN22 2.1 / VJN23 2.4 V19
2 Werkgevers- en bewonersaanpak BG21 2.1 N30
2 MIRT Kwart. Algera VJN23 2.4 N58
2 Vervoersknoop BG23 2.5 N94
2 Werk en leefomgeving gemeentewerf NJN23 0.10 N9
Totaal Programma 2 N197
3 Projectplan BIZ Capelle XL BG21 3.1 N40
3 Lokaal BG23 3.2 N40
Totaal Programma 3 N80
5A Stadsfeest BG23 5A.1 N85
Totaal Programma 5A N85 N0 N0
5B Werk en leefomgeving gemeentewerf NJN23 0.10 N8
Totaal Programma 5B N8
6A Wijkoverlegplatforms VJN23 0.6 N95
6A Aanpak eenzaamheid NJN22 6A.4 N40
6A Opvang ontheemden Oekraïne VJN23 6A.1 N660
Totaal Programma 6B N795 N0 N0
6D Project Taakstelling GRJR NJN23 6D.2 V146
Totaal Programma 6D V146 N0 N0
7 Energiearmoede NJN22 6B.7 V500
7 Werk en leefomgeving gemeentewerf NJN23 0.10 N7
Totaal Programma 7 V493 N0 N0
8 Q-team Rivium NJN20 8.4 N103
8 De Hoven fase 2 VJN18 8.4.5 - NJN18 8.4.2 - VJN19 8.4.9 - VJN20 0.4 - VJN21 8.4 - NJN21 8.6 N65 N50
8 Omgevingswet /Omgevingsvisie NJN22 8.4 / BG23 8.1 V240
8 Kinderboerderij NJN23 8.6 N52
8 Werk en leefomgeving gemeentewerf NJN23 0.10 N4
Totaal Programma 8 V16 N0 N50
Afronding V2
Totaal lasten op programma's N550 N0 N50
Mutatie aan reserve (per saldo: onttrekking) V550 N0 V50

0.18 Dekking negatieve resultaten 2024 en 2025

Terug naar navigatie - 0.18 Dekking negatieve resultaten 2024 en 2025

Dekking negatieve resultaten 2024 en 2025 -  Onvermijdelijk

Lasten/Baten: V 4.724 in 2024, V 2.600 in 2025

Kasstroom: 0

In de door u vastgestelde Najaarsnota 2023 begrootten we voordelige saldi in de jaren 2024 (V 1.000) en 2025 (V 4.000). Door alle onvermijdelijke voorstellen die in deze Voorjaarsnota 2024 aan u ter vaststelling (moeten) worden voorgelegd, ontstaan begrote negatieve saldi  in beide jaren. We hebben u hierover in de collegebrief van week 17 (nummer 2024/040 “Financieel zwaar weer komt eerder dan verwacht”) al actief geïnformeerd. Onderdeel van de collegebrief was:

“Eerder hebt u bij de vaststelling van de begrotingen de bestuurlijke lijn gekozen om met de “stap voor stap” en “5 sporen aanpak” te werken. Het Rijk heeft onlangs besloten dat een deel van de beschikbare vrije reserves ingezet mogen worden als structureel dekkingsmiddel. In dat kader kunnen we de thans verwachte negatieve saldi over 2024 en 2025 (met een spoor 1 voorstel) naar € 0,- terugbrengen. Samen hebben we daarmee de rust en tijd om tot ordentelijke en weloverwogen processtappen en besluiten te komen.“

We stellen u voor om een deel van de vrij beschikbare reserve in te zetten als structureel dekkingsmiddel. Dit ter grootte van de negatieve saldi in de jaren 2024 en 2025.

0.19 Periodiek Medisch Onderzoek (PMO)

Terug naar navigatie - 0.19 Periodiek Medisch Onderzoek (PMO)

Periodiek Medisch Onderzoek (PMO) - Onvermijdelijk
Lasten / Baten:  N 112 vanaf 2024 elke 4 jaar.
Kasstroom:  N 112 vanaf 2024 elke 4 jaar.

Artikel 18 van de Arbowet stelt dat de werkgever zijn werknemers periodiek een arbeidsgeneeskundig onderzoek moet aanbieden. Onze gemeente  doet dit in de vorm van een Periodiek Medisch Onderzoek (PMO), iedere 4 jaar. In 2019 is voor de laatste keer een PMO uitgevoerd. Daarom willen wij  in het najaar van 2024 de medewerkers opnieuw een PMO aanbieden. Het PMO heeft tot doel dat medewerkers inzicht krijgen in hun gezondheid, hier kan een preventie werking van uitgaan. Ziekte en uitval kan hierdoor voorkomen worden. Daarnaast krijgt de organisatie advies over beschermende maatregelen die genomen kunnen worden.

Een PMO bestaat uit een digitale vragenlijst en een uitgebreid medisch onderzoek waarvan de kosten naar schatting 300 euro per medewerker zijn. Er wordt uitgegaan van een deelname van 2/3 van de 560 medewerkers. De verwachte kosten bedragen 112K (2/3*560*300)

Wij stellen u voor om de lasten in de begroting 4-jaarlijks te verhogen met N112 vanaf 2024.

Wat mag het kosten?

Terug naar navigatie - Wat mag het kosten?
Omschrijving BG2024 incl. wijz. Wijz. VJN 2024 BG2024 na wijz. VJN Raming 2025 Raming 2026 Raming 2027 Raming 2028 Raming 2029 Raming 2030 Raming 2031 Raming 2032
Lasten N38.525 N1.734 N40.259 N38.112 N38.690 N41.912 N45.175 N44.704 N44.901 N45.921 N47.602
Baten V181.623 N458 V181.165 V183.516 V174.163 V176.998 V178.579 V177.858 V177.686 V177.686 V177.686
Saldo van baten en lasten V143.098 N2.192 V140.906 V145.403 V135.473 V135.086 V133.404 V133.154 V132.785 V131.765 V130.084
Mutaties in reserves:
Algemene reserve N0 V4.724 V4.724 V2.600 N0 N0 N0 N0 N0 N0 N0
Reserve eenmalige uitgaven V548 V35 V583 N0 N0 N0 N0 N0 N0 N0 N0
Reserve Doe Mee Fonds V500 V720 V1.220 V142 N0 N0 N0 N0 N0 N0 N0
Totaal mutaties reserves V1.048 V5.479 V6.527 V2.742 N0 N0 N0 N0 N0 N0 N0
Resultaat V144.146 V3.287 V147.433 V148.145 V135.473 V135.086 V133.404 V133.154 V132.785 V131.765 V130.084
In onderstaande tabel wordt een specificatie gegeven van de wijzigingen in het jaar 2024:
Omschrijving Lasten Baten Saldo
0.1 Algemene uitkering decembercirculaire 2023 N0 N954 N954
0.2 Rente V25 N0 V25
0.3 Consequenties 1e begrotingswijziging 2024 GR IJsselgemeenten N238 N0 N238
0.4 Onttrekking reserve Denk-en Doe Mee Fonds! N512 N0 N512
0.6 Voorziening onderhoud N753 N0 N753
0.7 Dividend Stedin N0 V496 V496
0.9 Aanpassen budgetten jaarlijks onderhoud V48 N0 V48
0.10 Aanpassen budgetten energie V15 N0 V15
0.12 Tijdelijke verhoging bestuurlijke kosten N175 N0 N175
0.13 Stelpost Lonen Capelle en GR IJsselgemeenten V3 N0 V3
0.17 Mutaties reserve eenmalige uitgaven N35 N0 N35
0.19 Periodiek Medisch Onderzoek (PMO) N112 N0 N112
Totaal mutatie saldo van baten en lasten N1.734 N458 N2.192
Mutaties reserves
Algemene reserve N0 V4.724 V4.724
Reserve eenmalige uitgaven N0 V35 V35
Reserve Doe Mee Fonds N0 V720 V720
Totaal mutatie in de reserves N0 V5.479 V5.479
Mutatie Resultaat V3.287