
Paragraaf Financiering
Inleiding
Terug naar navigatie - Paragraaf Financiering - InleidingIn deze paragraaf worden de onderwerpen behandeld die behoren tot de financieringsfunctie van de gemeente. Daarbij gaat het om het op een transparante wijze besturen en beheersen van vermogenswaarden, geldstromen, de financiële posities en de risico's die hieraan verbonden zijn.
De gemeentelijke regelgeving met betrekking tot de financieringsfunctie is gebonden aan algemeen geldende wettelijke kaders, waaronder de Gemeentewet en de Wet financiering decentrale overheden (Wet Fido). Artikel 212 van de Gemeentewet vormt de basis van het Treasurystatuut en de financiële verordening van de gemeente Capelle aan den IJssel, Verordening Borgstellingen gemeente Capelle aan den IJssel en de Verordening Leningverstrekking gemeente Capelle aan den IJssel.
In deze paragraaf wordt ingegaan op:
- Het financieringsbeleid van de gemeente
- financieringsbehoefte en liquiditeitsplanning
- verwachte rente ontwikkeling
- lening portefeuille
- vaststelling omslagrente
- gewaarborgde geldleningen
Het financieringsbeleid van de gemeente
Terug naar navigatie - Paragraaf Financiering - Het financieringsbeleid van de gemeenteHet beleid van financieren is gericht op:
- Het voorzien in de financieringsbehoefte op korte en lange termijn.
- Het verstrekken van leningen of borgstellingen uit hoofde van de 'publieke taak' (Verordening Borgstellingen gemeente Capelle aan den IJssel 2020 en Verordening Leningverstrekkingen gemeente Capelle aan den IJssel 2020).
- Het uitvoeren van de treasury functie.
Rentevisie
Geldmarkt: de rente over kortlopende schulden wordt gebaseerd op Euribor (Euro Interbank Offered Rate). De Euribor is het tarief dat wordt bepaald aan de hand van de percentages waartegen de Europese primaire banken elkaar onderling leningen verstrekken. Sinds september 2022 is de rentevergoeding vanuit het Schatkistbankieren van 0% in korte tijd gestegen naar ruim 3%.
Kapitaalmarkt: in juni 2025 heeft de Europese Centrale Bank (ECB) de rente verlaagt en is de herfinancieringsrente van de ECB op 2% vastgesteld.
Risicobeheer
De risico's die binnen de gemeentefinanciering van Capelle aan den IJssel kunnen worden onderscheiden zijn: renterisico, kredietrisico en liquiditeitsrisico. De gemeente maakt geen gebruik van beursgenoteerde, koersafhankelijke financieringsmiddelen of financieringsmiddelen in vreemde valuta en is dat de komende jaren ook niet van plan. Er zal dus geen sprake zijn van directe koers- of valutarisico's.
- Renterisico
De wet Fido stelt een maximum aan de renterisico's die een gemeente mag lopen, zowel de korte (kasgeldlimiet) als de lange (renterisiconorm) termijn. In Uitvoeringsregeling financiering decentrale overheden (Ufdo) is beschreven op welke manier dit moet worden vorm gegeven.
- Kasgeldlimiet
Om het effect van renteschommelingen op korte termijn te beperken moet de gemeente zich houden aan de kasgeldlimiet. Deze limiet bepaalt wat het maximum totaal aan kortlopende schulden in de vorm van rekening courantkrediet en kasgeld mag zijn, en is gesteld op 8,5%* van het begrotingstotaal. Over de voortgang wordt door middel van de paragraaf Financiering bij de begroting en de jaarrekening aan de Provincie gerapporteerd.
- Kasgeldlimiet
Kasgeldlimiet |
2025 |
---|---|
Toegestane limiet in % |
8,50% |
Begrotingstotaal (lasten primitieve begroting) |
-295.391 |
Toegestane limiet |
-25.108 |
-
- Renterisiconorm
Ter beperking van de renterisico's op de lange termijn geld vanuit de wet Fido de renterisiconorm. Volgens deze norm mag het renterisico maximaal 20% van het begrotingstotaal bedragen. Deze norm moet voorkomen dat een gemeente te afhankelijk wordt van de korte rente met sterk fluctuerende rentelasten. Hiermee wordt het risico beperkt dat een gemeente ineens veel hogere rentelasten krijgt wanneer de korte termijn rente stijgt.
De aflossings- en herfinancieringstotalen afgezet tegen de begrotingstotalen voor de komende jaren levert het volgende beeld op van de renterisiconorm.
- Renterisiconorm
Berekening renterisiconorm |
2026 |
|
---|---|---|
Begrotingstotaal (lasten primitieve begroting) |
-295.391 |
|
Percentage regeling (*) |
20% |
|
Renterisiconorm, in bedrag |
-59.078 |
|
Berekening renterisico |
||
Renteherzieningen (**) |
0 |
|
Aflossingen (***) |
-4.892 |
|
Renterisico |
-4.892 |
|
Toets aan renterisiconorm |
||
Renterisiconorm, in bedrag |
-59.078 |
|
Renterisico |
-4.892 |
|
Ruimte (+) / overschrijding (-) |
54.186 |
|
* Percentage conform Uitvoeringsregeling financiering decentrale overheden (Ufdo) |
||
** Alleen voor OG-leningen; slechts bij doorverstrekking te salderen met UG-leningen |
||
***Alleen m.b.t. OG-leningen |
||
- Kredietrisico
Kredietrisico is het risico dat een tegenpartij haar financiële verplichtingen niet kan nakomen. In het geval van verstrekte geldleningen bestaat het risico dat de kredietwaardigheid van de tegenpartij daalt. De gemeente heeft behalve startersleningen geen andere rechtstreekse geldleningen verstrekt. - Liquiditeitsrisico
Het liquiditeitsrisico is het risico dat we op korte termijn niet kunnen voldoen aan de betalingsverplichtingen omdat er niet voldoende direct beschikbare financiële middelen zijn. Beheersing van dit risico vindt plaats door liquiditeitsprognoses en treasurybeleid. In het treasury-statuut zijn de financiële planning en kaders benoemd.
Schatkistbankieren
Schatkistbankieren is een dienst bedoeld voor instellingen, die een wettelijke of publieke taak uitvoeren en hiervoor geld (publieke middelen) van het Rijk ontvangen. Op grond van de wet Fido is de gemeente verplicht om overtollige middelen op een rekening bij de Nederlandse Staat (RC) te storten. Hierdoor hoeft de Staat minder te lenen. Schatkistbankieren kent een limiet van 2% van het begrotingstotaal dat niet in de schatkist aangehouden hoeft te worden (*DSTA 5-10-2023).
Garantstellingen
De gemeente loopt risico op geldleningen waarover een garantstelling is verstrekt. Voor een overzicht van de garantstellingen wordt verwezen naar de staat van de gewaarborgde geldleningen. De jaarrekeningen van de stichtingen/instellingen worden beoordeeld door het Treasury Comité.
Financieringsbehoefte en liquiditeitsplanning
Terug naar navigatie - Paragraaf Financiering - Financieringsbehoefte en liquiditeitsplanningDe financieringsbehoefte wordt bepaald door:
- lening portefeuille
- reserves en voorzieningen
- afschrijvingen
- investeringen en kredieten
- grondexploitaties
Op basis van de huidige informatie verwacht de gemeente gedurende de hele meerjarenbegroting een liquiditeitstekort.
Gedurende het jaar wordt de werkelijke financieringsbehoefte beoordeeld en wordt er zo nodig externe financiering aangetrokken.
De liquiditeitsbehoefte wordt mede beïnvloed door investeringen (zie de toelichting bij de verschillende programma's), grondexploitaties en subsidiegelden. Als er een liquiditeitsbehoefte ontstaat dan wordt in de markt gezocht naar de voordeligste partij. De BNG Bank bied vaak concurrerende rente tarieven aan bij kleinere kortdurende leningen. De rentevergoeding van het rekening courant krediet BNG Bank is op moment van opstellen 1,25%.
De globale liquiditeitsplanning ziet er als volgt uit:
Financieringsbehoefte per 1 januari |
2026 |
2027 |
2028 |
2029 |
---|---|---|---|---|
Resultaat |
7.949 |
2.995 |
-5.285 |
-6.791 |
Afschrijvingen |
12.438 |
14.315 |
15.504 |
17.176 |
Mutatie voorraden en overlopende passiva |
-5.716 |
-10.239 |
-4.589 |
-586 |
Mutaties reserves |
-6.359 |
-1.209 |
-1.709 |
-1.709 |
Mutaties voorzieningen |
-5.108 |
1.297 |
1.527 |
-707 |
Netto inesteringen materiële vaste activa |
-47.027 |
-55.425 |
-63.640 |
-47.272 |
Financieringsbehoefte/liquiditeitstekort |
-43.823 |
-48.266 |
-58.192 |
-39.889 |
Aflossing verstrekte leningen |
0 |
8 |
8 |
8 |
Aflossing opgenomen leningen |
-4.892 |
-4.392 |
-4.392 |
-4.392 |
Toename opgenomen leningen |
48.715 |
52.650 |
62.576 |
44.273 |
Totaal |
0 |
0 |
0 |
0 |
Treasury
De Treasury functie bestaat uit het sturen, beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële geldstromen en de hieraan verbonden risico’s. Treasury taken en bevoegdheden zijn vastgelegd in Financieringsstatuut 2020 en de Financiële Verordening 2023. De wettelijke kaders vormen de wet Fido en Uitvoeringsregeling financiering decentrale overheden (Ufdo).
Liquiditeitsprognose
De liquiditeitsprognose bepaalt in belangrijke mate de financieringsbehoefte. We actualiseren de liquiditeitsprognose twee keer per jaar voor het lopende jaar. Na afloop van het jaar vindt een analyse plaats. Gebaseerd op gegevens uit het verleden blijkt dat grote uitgaven voornamelijk te verklaren zijn door investeringen. Bij een kleinere financieringsbehoefte dan begroot is het uitblijven van investeringen zorgen voor een kleinere financieringsbehoefte.
Strategie
Op basis van de geldende rentepercentages en begrote rente worden gelden(leningen) aangetrokken. De gemeente financiert in eerste instantie met korte-termijn leningen, waarbij de kasgeldlimiet geeft aan tot welk bedrag we kortgeldleningen kunnen aantrekken. Het uitgangspunt voor langgeldleningen is financiering voor 25 jaar lineair waarbij afstemming plaats vind met het Treasury Comité .
Informatieverstrekking
Periodiek wordt informatie verstrekt aan het Treasury Comité over (markt-) ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op de financieringsbehoefte zoals o.a. kasstromen, saldi op banken en rentepercentages.
Verwachte renteontwikkeling in het jaar 2025 en 2026
Terug naar navigatie - Paragraaf Financiering - Verwachte renteontwikkeling in het jaar 2025 en 2026Sinds juni 2024 verlaagde de ECB de rente van 4% naar het huidige percentage van 2% (juni 2025). Bij een lage inflatie en onvoldoende groei van de economie, kan de ECB de rente verlagen om de economie te stimuleren.
De rente voor lineaire leningen van 25 jaar ligt de afgelopen periode gemiddeld rond de 3,3%. Op dit moment zien we dat de rente op kortlopende geldleningen (<1 jaar) rond de 2% staat (bron BNG). We werken met een rente van 3% voor toekomstige leningen omdat rente verwachtingen speculatief zijn.
Leningen o/g en u/g
Terug naar navigatie - Paragraaf Financiering - Leningen o/g en u/gLeningen O/G (Opgenomen geldleningen)
De huidige gemeentelijke leningenportefeuille ( stand augustus 2025) bestaat uit 10 leningen met een totaalbedrag van 55.028. Op basis van de begroting is de verwachting dat er in het resterende deel van 2025 nog één of meerdere geldleningen aangetrokken moeten worden voor een bedrag van maximaal 24 miljoen.
Leningen U/G (Uitgezette geldleningen)
Leningen aan niet-toegestane instellingen
Op de leningen verstrekt aan niet toegestane instellingen loopt de gemeente enig risico. Daarom is er voor dit soort leningen een apart raadsbesluit nodig. Het risico op deze leningen is moeilijk te kwantificeren. In 2025 zijn geen aanvragen gedaan en/of leningen verstrekt.
Vaststelling omslagrente
Terug naar navigatie - Paragraaf Financiering - Vaststelling omslagrenteHet BBV heeft vastgesteld hoe het rentepercentage aan taakvelden toe te rekenen rente dient te worden. De totaal geschatte aan taakvelden toe te rekenen rente wordt afgezet tegen de begrote boekwaarde van de activa die integraal gefinancierd worden.
Schema rentetoerekening |
2026 |
2027 |
2028 |
2029 |
2030 |
2031 |
2032 |
2033 |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
De externe rentelasten over de korte en lange financiering |
-3.211 |
-4.849 |
-6.791 |
-8.643 |
-10.187 |
-11.596 |
-12.847 |
-14.026 |
De externe rentebaten over de korte en lange financiering |
130 |
130 |
130 |
130 |
130 |
130 |
130 |
130 |
Saldo rentelasten en rentebaten |
-3.081 |
-4.719 |
-6.661 |
-8.513 |
-10.057 |
-11.466 |
-12.717 |
-13.896 |
De rente die aan de facilitaire grondexploitaties (kostenverhaal)
moet worden doorberekend |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
De rente van de projectfinanciering die aan het betreffende taakveld
moet worden toegerekend |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Aan taakvelden toe te rekenen externe rente |
-3.081 |
-4.719 |
-6.661 |
-8.513 |
-10.057 |
-11.466 |
-12.717 |
-13.896 |
Rente over eigen vermogen |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Rente over voorzieningen |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Subtotaal |
-3.081 |
-4.719 |
-6.661 |
-8.513 |
-10.057 |
-11.466 |
-12.717 |
-13.896 |
De aan taakvelden toe te rekenen rente (renteomslag) |
3.081 |
4.719 |
6.661 |
8.513 |
10.057 |
11.466 |
12.717 |
13.896 |
Totaal (renteresultaat) |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Renteomslag |
1,0% |
1,4% |
1,7% |
1,9% |
2,1% |
2,3% |
2,5% |
2,7% |
Gewaarborgde geldleningen (borgstellingen)
Terug naar navigatie - Paragraaf Financiering - Gewaarborgde geldleningen (borgstellingen)Rechtstreeks
Voor vier leningen van het IJsselland Ziekenhuis staan we rechtstreeks borg, zonder tussenkomst van een waarborgfonds. De leningen van het Rijksmonument Dorpsstraat 164 vallen onder de Gemeente.
Tertiare achtervang
Het verwachte totaal van de gewaarborgde geldleningen per 1-1-2025 is 286.141. Dit bedrag bestaat uit leningen van vijf stichtingen/woningcorporaties.
Als een van de woningcorporaties niet aan hun betalingsverplichtingen kan voldoen, lopen we een renterisico in de vorm van het verstrekken van een renteloze lening aan het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW). Echter, voor het beroep doen op het verstrekken van renteloze lening, zal er eerst aanspraak worden gemaakt op de borgstelling van het WSW en de obligoverplichting bij de overige corporaties in Nederland (tertiaire achtervang). de daarna resterende schuld wordt verdeeld onder de schadegemeenten en alle gemeenten. Het WSW zal in zo'n geval het onderliggend bezit ten gelde maken, wat vaak meer is dan de hoogte van de geborgde leningen. Tot nu toe is het nog niet eerder voorgekomen dat gemeenten renteloze leningen hebben moeten verstrekken aan het WSW.
De gewaarborgde leningen worden per einde van het jaar bekend omdat de methodiek is gewijzigd. De gemeente accordeert niet meer per lening, maar het WSW stelt jaarlijks een borgingsplafond voor de woningcorporatie vast, tot dat bedrag mag de corporatie leningen aantrekken. Nieuwe leningen en/of renteherzieningen van woningcorporaties worden evenredig verdeeld over de deelnemende gemeenten. Woningcorporatie Woonbron is in dit kader in 2024 toegevoegd.