Financieel perspectief te voeren beleid

Eindstand

Terug naar navigatie - Eindstand

Na verwerking van alle mutaties komt de eindstand van de meerjarenbegroting uit zoals weergegeven in de onderstaande tabel. 

Begroting en meerjarenbegroting
2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029 2030 2031
Beginstand Najaarsnota 2023 * V3.356 V358 V4.300 N1.870 N5.330 N7.391 N9.741 N12.954 N15.551
Totaal wijzigingsvoorstellen in de Najaarsnota N3.484 V767 N282 N876 N857 N847 N877 N877 V23
Eindstand Najaarsnota 2023 N128 V1.125 V4.018 N2.746 N6.187 N8.238 N10.618 N13.831 N15.528
Waarvan saldo incidentele baten en lasten N161 N1.243 N933 N0 N0 N0 N0 N0 N0
Structureel saldo V33 V2.368 V4.951 N2.746 N6.187 N8.238 N10.618 N13.831 N15.528
*) De beginstand van de Najaarsnota is gebaseerd op de Begroting 2023 inclusief de Voorjaarsnota 2023 en de meerjarige mutaties uit de primaire begroting 2024. Amendementen en moties op de primaire Begroting 2024 zijn niet in de cijfers van de Najaarsnota 2023 verwerkt. Bij de raadsbehandeling van de Begroting 2024 is het volgende amendement aangenomen: "Niet met een kredietverhoging vooruitlopen op nieuwe plannen". Het effect op de lasten en baten is N 20 in 2024 en V 15 vanaf 2025. Dit wordt zichtbaar in de beginstand van de Voorjaarsnota 2024.

Continueren activiteiten

Terug naar navigatie - Continueren activiteiten

In lijn met uw besluit bij de Najaarsnota 2021 (voorstel 0.24) brengen wij ook in beeld wat de stand van zaken is rondom de activiteiten die reeds structureel in de begroting zijn opgenomen. Waar wij eerder hebben toegezegd voor de betreffende activiteiten met een evaluatie te komen, gaan wij niet eerder over tot het doen van uitgaven dan nadat er een evaluatie heeft plaatsgevonden en hier positief over is besloten door uw raad. Het gaat om de volgende activiteiten:

  • Wijkbrandweerfunctionaris (N 70 vanaf 2025);
  • Onderzoeks- en communicatie Werk en Inkomen (N 25 vanaf 2025);
  • Inzet gezondheidsbeleid (N 112 vanaf 2025);
  • Uitbreiding formatie ruimtelijke ordening (N 82 vanaf 2025);
  • Uitbreiding formatie Stedenbouw (N 66 vanaf 2025).

Netto schuldquote (gecorrigeerd voor doorverstrekte leningen)

Terug naar navigatie - Netto schuldquote (gecorrigeerd voor doorverstrekte leningen)

De Netto schuldquote, gecorrigeerd voor doorverstrekte leningen, wordt berekend door de verschillende schuldposten van de balans te delen door de baten. De trend is dalend. Vanwege een EMU saldo tekort moeten er leningen worden aangetrokken. De Netto schuldquote blijft tot en met 2029 in de 'groene' zone (indicatie van de provincie Zuid-Holland).

Netto schuldquote (gecorr.) 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029 2030 2031
VJN 2023 31,8% 46,5% 54,4% 63,6% 75,4% 86,7% 100,7% 114,2% 128,0%
Begroting 2024 39,2% 46,9% 56,8% 67,8% 77,5% 84,5% 95,4% 102,2%
NJN 2023 21,4% 35,6% 46,9% 57,7% 67,2% 75,9% 83,1% 93,9% 100,4%

Solvabiliteit

Terug naar navigatie - Solvabiliteit

Dit cijfer geeft het percentage eigen vermogen ten opzichte van het totaal vermogen weer. De solvabiliteit verbetert in 2023 licht omdat er in 2023 geen leningen worden aangetrokken terwijl dat wel was begroot. In de toekomst daalt deze vanwege het voorziene aantal aan te trekken leningen.

Solvabiliteit 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029 2030 2031
VJN 2023 56,4% 53,9% 52,9% 50,6% 46,8% 43,0% 39,1% 34,7% 30,1%
Begroting 2024 54,5% 53,3% 50,0% 46,0% 42,5% 40,2% 36,0% 32,1%
NJN 2023 61,2% 54,6% 52,4% 48,6% 44,6% 40,8% 38,3% 34,0% 30,1%

EMU-saldo

Terug naar navigatie - EMU-saldo

Het EMU-saldo geeft een inschatting van alle verwachte kasstromen: alle feitelijke inkomsten en uitgaven. Zoals uit het EMU-saldo blijkt is er sprake van een negatief EMU-saldo. Dit komt erop neer, dat we in alle jaren meer uitgeven dan dat er binnenkomt. Hierdoor nemen de leningen en daarbij behorende rentelasten jaarlijks toe. Voor Capelle geldt een EMU-referentiewaarde van (negatief) € 9 miljoen. Het EMU-saldo wordt in 2023 € 30,6 miljoen minder negatief omdat er voor € 10 miljoen aan investeringen van 2023 naar 2024 zijn doorgeschoven. Ook zijn er € 10,6 miljoen aan van 2023 naar 2024 doorgeschoven eenmalige uitgaven, lagere onttrekkingen aan voorzieningen en lagere uitgaven, een uitgestelde winstneming van de grondexploitaties, waar een enkele miljoenen lager resultaat 2023 tegenover staat.  Ook is in 2023 gerekend met een stelpost  van € 10 miljoen van een per saldo positief resultaat, onderbesteding van investeringen en/of minder onttrekkingen aan voorzieningen cf. het in de Begroting 2024 opgenomen besparingsvoorstel '0.12 Besparingsmaatregelen Rente / EMU Saldo verlagen.'. 

EMU-saldo 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029 2030 2031
VJN 2023 -44.416 -27.265 -17.215 -17.485 -24.017 -24.058 -30.947 -30.858 -31.659
Begroting 2024 -28.819 -14.404 -20.949 -23.807 -23.290 -15.676 -25.036 -16.610
NJN 2023 -13.804 -42.317 -20.831 -24.193 -23.736 -24.138 -16.996 -26.354 -17.030

Debt Service Coverage Ratio (DSCR)

Terug naar navigatie - Debt Service Coverage Ratio (DSCR)

De Debt Service Coverage Ratio (DSCR) geeft een beeld van de plek die rente en aflossingen innemen in de begroting. De DSCR wordt als volgt berekend: (resultaat + afschrijving en rente) / (rente + aflossingen). Wanneer rente of aflossingen een relatief groot deel van de kasstromen uit maken, daalt deze waarde onder 1. Bij voorkeur is deze ratio boven de 1. De afschrijvingslasten en de rente stijgen in de loop van de jaren waardoor de Debt Service Ratio afneemt.

Debt Service Coverage Ratio 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029 2030 2031
Resultaat voor bestemming -1.259 -7.586 3.016 -3.323 -7.817 -8.668 -10.617 -13.830 -15.957
Afschrijving 8.761 10.053 11.961 12.966 14.679 15.294 16.531 17.533 18.363
Rente 420 960 2.036 3.068 4.122 5.043 5.636 6.119 6.490
EBITDA (A) 7.922 3.427 17.013 12.711 10.984 11.669 11.550 9.822 8.896
Rentelasten 420 960 2.036 3.068 4.122 5.043 5.636 6.119 6.490
Aflossingen bestaande leningen 5.692 4.692 4.692 4.692 4.192 4.192 4.192 4.192 4.192
Aflossingen nieuwe leningen 0 1.325 2.513 3.848 5.329 6.578 7.485 8.707 9.555
Rente + Aflossing (B) 6.112 6.977 9.241 11.608 13.644 15.813 17.313 19.017 20.237
DSCR (A/B) 1,3 0,5 1,8 1,1 0,8 0,7 0,7 0,5 0,4

In 2024 is er sprake van relatief veel lasten die ten laste van reserves worden gebracht waardoor het saldo van baten en lasten negatief is en tot een lage DSCR leiden.

Debt Service Coverage Ratio 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029 2030 2031
VJN 2023 0,6 2,1 2,2 1,3 0,9 0,7 0,6 0,5 0,4
Begroting 2024 1,5 2,1 1,2 0,9 0,8 0,8 0,6 0,5
NJN 2023 1,3 0,5 1,8 1,1 0,8 0,7 0,7 0,5 0,4

Afschrijvingsratio

Terug naar navigatie - Afschrijvingsratio

De afschrijvingsratio geeft een indicatie van het relatieve aandeel van afschrijvingslasten ten opzichte van de totale lasten. Als gevolg van investeringen nemen de afschrijvingslasten de komende jaren toe. Deze nemen relatief meer toe dan de totale lasten, waardoor de ratio stijgt. 

Naast de afschrijvingsratio is ook een vergelijking weergegeven van de afschrijvingslasten met de investeringen. Daaruit is zichtbaar dat de investeringen nu relatief hoog zijn en dat deze op termijn dalen, de afschrijvingslasten nemen jaarlijks met gemiddeld  € 1 miljoen toe. 

Afschrijvingsratio 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029 2030 2031
Totaal afschrijvingslasten (A) 8.761 10.053 11.961 12.966 14.679 15.294 16.531 17.533 18.363
Totaal exploitatielasten (B) 268.544 287.447 253.564 253.666 258.146 262.205 262.567 265.002 267.752
Afschrijvingsratio (A/B*100) 3,3% 3,5% 4,7% 5,1% 5,7% 5,8% 6,3% 6,6% 6,9%
Vergelijk afschijvingen/investeringen 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029 2030 2031
Totaal afschrijvingslasten 8.761 10.053 11.961 12.966 14.679 15.294 16.531 17.533 18.363
Totaal netto investeringen 32.226 44.578 39.782 42.756 34.210 33.059 24.559 32.665 23.806
Saldo afschrijvingen -/- investeringen -23.465 -34.525 -27.821 -29.790 -19.531 -17.765 -8.028 -15.132 -5.443

Algemene uitkering

Terug naar navigatie - Algemene uitkering

In deze najaarsnota verwerken wij, zoals gebruikelijk, de Septembercirculaire van het gemeentefonds. Ook verwerken wij de jaarschijf 2023 van de Meicirculaire, terwijl de overige jaren in de Begroting 2024 zijn verwerkt. 

In de septembercirculaire 2023  is op basis van de nieuwe financieringsstructuur vanaf 2027 compensatie voor volume groei opgenomen. De VNG heeft in de ledenbrief van 17 mei 2023 aangegeven dat er geen bestuurlijke besluitvorming tussen de VNG en het kabinet heeft plaatsgevonden over de nieuwe methode voor de volume ontwikkeling. Verder verwacht de VNG dat er gemeentelijke kosten zijn die harder stijgen dan de historische ontwikkeling van het bbp, zoals bijvoorbeeld voor de zorgtaken door een toename van het aantal ouderen. Het volume accres, zoals opgenomen in de septembercirculaire 2023, bedraagt voor de gemeente Capelle aan den IJssel voor 2027 € 2,7 miljoen en voor 2028 € 5,25 miljoen. Om voor de lastenkant van de begroting voldoende rekening te houden met een stijging van de kosten van voorzieningen stellen we, mede op basis van het advies van Inergy, voor het volume accres V 2.707 voor 2027 en V 5.250 2028 en verder vooralsnog te reserveren en hiervoor een stelpost op te nemen.

Conclusie

Terug naar navigatie - Conclusie

De huidige ratio's zijn allen groen. Ons eigen vermogen is hoog te noemen. Er is sprake van een solide basis. Op basis van de ontwikkelingen in het saldo van baten en lasten en de verschillende kengetallen in deze Najaarsnota 2023 sprake van een verbetering van het perspectief ten opzichte van de Voorjaarsnota 2023. De in de Begroting 2024 opgenomen besparingsvoorstellen zijn hier debet aan. De oplopende rente en afschrijvingslasten in combinatie met de toenemende kosten bij met name de jeugdzorg en de taakstellling uit de hervormingsagenda geven aan de lastenkant druk. Het Rijk zal met het dichten van het 'ravijnjaar 2026' voor de middellange termijn de gemeente weer ruimte moeten geven.  Op de langere termijn is het hoge negatieve EMU saldo boven de referentiewaarde niet houdbaar.