Paragraaf Lokale heffingen

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Deze paragraaf geeft informatie over de algemene heffingen, bestemmingsheffingen en retributies die de Gemeente heft ter dekking van de lasten. De algemene heffingen komen ten goede aan de algemene middelen van de Gemeente.  Dit betekent dat de opbrengst hiervan voor alle gemeentelijke taken en voorzieningen wordt ingezet . Voorbeelden van algemene heffingen zijn: onroerendezaakbelastingen (OZB) en logiesbelasting.

Bestemmingsheffingen zijn belastingen waarvan de opbrengsten zijn bestemd voor specifieke taken of voorzieningen met een duidelijk algemeen belang. Voorbeelden:  rioolheffing en afvalstoffenheffing.

Retributies worden geheven voor een specifieke dienst of het gebruik van een gemeentebezitting of openbare dienst. Voorbeelden: leges en marktgelden.

Overzicht van de lokale heffingen
Capelle aan den IJssel heft op grond van de onderstaande wetten belastingen.

Gemeentewet:

  • Onroerendezaakbelastingen
  • Rioolheffing
  • Leges en marktgelden

Wet milieubeheer: 

  • Afvalstoffenheffing

Wet op de bedrijfsinvesteringszone:

  • de BIZ-bijdrage 

Uitgangspunten tarievenbeleid

Terug naar navigatie - Uitgangspunten tarievenbeleid

Het uitgangspunt van het coalitieakkoord 2022-2026 is dat geen lastenverzwaring wordt doorgevoerd. De belastingtarieven voor 2025 zijn met het inflatiecijfer van 2,3% geïndexeerd. De tarieven van de OZB zijn naast de inflatiecorrectie verhoogd met 12,5%. Voor de belastingen zoals afvalstoffenheffing, rioolheffing en marktgelden blijft hetzelfde niveau van kostendekkendheid gehandhaafd als in 2024. Voor de leges geldt ook dat zoveel mogelijk de kostendekkendheid wordt toegepast. De tarieventabel van de legesverordening bestaat uit verschillende titels. De kostendekkendheid geldt voor alle titels bij elkaar. 

Berekening overhead

Terug naar navigatie - Berekening overhead

De definitie behorend bij de in deze paragraaf genoemde post overhead is als volgt: Het aandeel van het bedrag van overhead wordt berekend door de verhouding tussen de totale som van de overhead en de totale som van de personeelslasten en deze vervolgens te vermenigvuldigen met de totale begrote personeelslasten voor deze taak. Voor 2024 bedroeg dit 58,02%, in 2025 is dit 59,82%. In de berekening van het overheadpercentage is het onderdeel ICT van IJsselgemeenten meegenomen, omdat dit ook als een overhead taak wordt gezien.

Baten en lasten belastingen en heffingen

Terug naar navigatie - Baten en lasten belastingen en heffingen

De begrote baten en lasten belastingen / heffingen 2025 zijn: 

 

Begrote baten belastingen / heffingen 2025
Onroerende zaakbelastingen V15.937
Afvalstoffenheffing V8.379
Rioolheffing V4.213
Logiesbelasting V55
Totaal V28.584
Begrote lasten belastingen / heffingen 2025
Voorziening dubieuze debiteuren N131
Kwijtschelding afvalstoffenheffing N566
Kwijtschelding rioolheffing N110
Totaal N807

Belastingdruk over de jaren

Terug naar navigatie - Belastingdruk over de jaren

Onderstaande tabel geeft overzicht van de belastingdruk over de afgelopen jaren. Als rekenmodel  is gebruikt een huishouden dat bestaat uit twee personen, die wonen in de meest gangbare rijwoning. In 2023 en 2024 is de belastingdruk afgenomen. De oorzaak van de afname is dat de kosten voor kwijtschelding ten laste van het armoede beleid kwam. De jaren daarvoor werden de kosten voor kwijtschelding verrekend  in de tarieven van de afvalstoffenheffing en rioolheffing. Vanaf 2025 worden de lasten voor kwijtschelding verrekend in de tarieven van afvalstoffenheffing en rioolheffing.

Belastingdruk 2022 2023 2024 2025
WOZ 358.000 406.000 423.000 427.000
OZB 317,55 309,37 307,94 355,26
Riool eigenaar 65,00 67,00 69,00 68,52
Riool gebruik 52,00 50,00 51,00 54,84
Afval 2 persoons huishouden 273,37 257,07 264,78 283,68
Totaal 707,92 683,44 692,72 762,30
Mutatie belastingdruk tov voorgaande jaar -3,5% 1,4% 10,0%

Lokale lastendruk in relatie tot andere gemeenten

Terug naar navigatie - Lokale lastendruk in relatie tot andere gemeenten

In dit onderdeel wordt een inzicht gegeven in de positie van de gemeente Capelle aan den IJssel ten opzichte van andere gemeenten in Zuid-Holland als het gaat over belastingdruk. Ook wordt inzicht gegeven over de positie van Capelle ten opzichte van de landelijke belastingdruk. De gegevens die zijn gebruikt komen uit de 'Atlas van de lokale lasten 2024 van het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO), Faculteit Economie en Bedrijfskunde van de Rijksuniversiteit Groningen. Hoe lager het in de tabel gebruikte rangnummer, des te lager de woonlasten in die gemeenten zijn. 

 

Eigenaar – bewoner OZB Huurder Afval- en Rioolheffing Totale belasting druk provincie
Belastingdruk Rangnummer landelijk Rangnummer provincie ZH Belasting druk Rangnummer landelijk Rangnummer provincie ZH
Capelle aan den IJssel 323 29 5 417 18 1 740
Krimpen aan den IJssel 373 89 16 794 338 49 1167
Nissewaard 367 79 14 569 184 11 936
Ridderkerk 356 63 11 601 228 20 957
Rotterdam 300 16 4 724 325 44 1024
Schiedam 282 10 3 667 297 33 949
Vlaardingen 445 195 31 584 204 14 1029
Zuidplas 518 169 39 525 128 5 1043
Gemiddelde Zuid-Holland 370 610 980

Wet waardering onroerende zaken (WOZ)

Terug naar navigatie - Wet waardering onroerende zaken (WOZ)

De Wet WOZ schrijft voor dat alle objecten jaarlijks worden gewaardeerd. Voor 2025 zijn alle objecten gewaardeerd naar een waardepeildatum van 2024.  De belanghebbende van de objecten ontvangt een WOZ-beschikking op de jaarlijkse belastingaanslagen. Wanneer een belanghebbende het niet eens is met de vastgestelde WOZ-waarde is het mogelijk bezwaar in te dienen. De bezwaarprocedure kan worden voortgezet met het indienen van een beroep.

Tarieven OZB

Terug naar navigatie - Tarieven OZB

De tarieven voor de OZB voor het belastingjaar 2025 zijn gebaseerd op een prognose van de het stijgingspercentage van de jaarlijkse herwaardering van de WOZ-waarden en de aanpassingen van het areaal in 2024. De aanpassingen bestaan uit nieuwbouw en sloop van woningen en niet-woningen.

Mutatie WOZ-waarden huidige areaal Woningen Niet-woningen
Totale WOZ-waarde 2024 11.099.432 1.245.941
Totale WOZ-waarde 2025 11.210.426 1.294.532
Procentuele toename 1,00% 3,90%
Mutatie WOZ-waarden nieuwe areaal Woningen Niet-woningen
Totale WOZ-waarde 2025 bestaand areaal 11.210.426 1.294.532
Nieuwbouw 2024 113.000 0
Amovatie 2024 0 0
Totale WOZ-waarde 2025 (a) 11.323.426 1.294.532

De verwachte waarde van het areaal en de geraamde opbrengst van de OZB geven de tarieven.
De definitieve WOZ-waarden 2025 zijn eind 2024 beschikbaar. Bij de OZB tarieven is uitgegaan van een verhoging van 14,8%. Deze verhoging bestaat voor een gedeelte uit de inflatiecorrectie van 2,3% en  met een extra verhoging van 12,5%. Voor 2025 voorzien we voorlopig de volgende tarieven, waarbij bij de woningen uitgegaan is van 1% waardestijging en bij de niet-woningen is uitgegaan van een waarde stijging van 3,9%. 

Woningen proportioneel 2025
Eigenaren: 0,0832%

Niet-woningen proportioneel 2025
Eigenaren: 0,3061%
Gebruikers: 0,2478%

Nieuwe proportionele tarieven 2025 Woningen Niet-woningen
eigenaar eigenaar gebruiker
Voor waardeherziening (x) 0,0728% 0,2746% 0,2238%
Na waardeherziening (y) 0,0813% 0,2992% 0,2422%
Na indexering = tarief 2025 (z) 0,0832% 0,3061% 0,2478%
Begrote opbrengst 2025 Woningen Niet-woningen
eigenaar eigenaar gebruiker
Totale WOZ-waarde 2025 (a) 11.210.426 1.294.532 1.294.532
Amendement De Pater -41.253
Leegstand -159.046
Grondslag tarief 11.210.426 1.294.532 1.094.233
Tarief 2025(z) 0,0832% 0,3061% 0,2478%
OZB opbrengst 9.327 3.962 2.712
Nieuwbouw 113
Verminderingen 13 72 91
Begrote opbrengst 2025 9.426 3.890 2.621
Totale begrote opbrengst 2025 V15.937

Afvalstoffenheffing

Terug naar navigatie - Afvalstoffenheffing

De Gemeente is wettelijk verplicht bij elk huishouden wekelijks het huisvuil op te halen. De kosten voor de uitvoering van deze verplichting worden verhaald door de heffing van de afvalstoffenheffing.  Daarmee behoort de afvalstoffenheffing tot de bestemmingsbelastingen. Het tarief van de afvalstoffenheffing is afhankelijk van het aantal personen per huishouden:

  • eenpersoonshuishouden
  • tweepersoonshuishouden
  • drie- of meerpersoonshuishouden

Uitgangspunt voor de vaststelling van de tarieven is maximaal 100 % kostendekkendheid. Bij het bepalen van de tarieven is rekening gehouden met het verlenen van kwijtschelding. Het tarief is deelbaar door twaalf.  Bij een verhuizing buiten de gemeente krijgt de inwoner ontheffing voor de volle maanden die overblijven van het jaar.

Kostendekkendheid afvalstoffenheffing begroting 2024 2025 Mutatie Toelichting
Lasten taakveld N8.364 N9.367 N1.003 Toename voornamelijk door stijging kapitaallasten en bedrijfsvoering
Baten taakveld exclusief heffingen:
- baten afval V315 V360 V45 Bijstelling baten diverse afvalstromen
- dividend Irado V46 V110 V64 Structurele dividend V330 in 2024 en 2025 naar benenden bijgesteld
Netto lasten taakveld N8.003 N8.897 N894
Toe te rekenen indirecte lasten (overhead+rentelasten aandelen Irado) N213 N193 V20 Stijging rentelasten wat leidt tot hogere onttrekking uit voorziening
Totale lasten N8.216 N9.090 N874
Baten afvalstoffenheffing V8.005 V8.379 V374 Stijging baten door prijsindexatie van 2,3% en tariefsverhoging
Kwijtscheldingen N527 N567 N40 In 2024 buiten de voorziening om, maar maakt wel deel uit van KDE
Totale baten (opbrengst heffingen) V7.478 V7.812 V334
Kostendekkendheid (KDE) 91,0% 85,9% KDE 24 is inclusief mutaties uit de NJN23 en de VJN24 en wijkt daarom af van BG24
Specificatie lasten taakveld 7.3 Afval 2024 2025 2026 2027 2028 2029 2030 2031 2032
Kapitaallasten:
Afschrijvingen N720 N897 N935 N974 N1.013 N1.029 N1.065 N1.102 N980
Rente N27 N71 N108 N142 N154 N165 N182 N179 N176
Divers:
Onderhoud containers N497 N527 N527 N527 N527 N527 N527 N527 N527
Alg beleid, communicatie en Klantcontactcentrum N128 N147 N147 N147 N147 N147 N147 N147 N147
Perscontainer N100 N100 N100 N100 N100 N100 N100 N100 N100
Dotatie voorziening dubieuze debiteuren N0 N50 N50 N50 N50 N50 N50 N50 N50
Overig N188 N301 N250 N220 N209 N209 N209 N209 N209
Afvalstromen:
Restafval N3.245 N3.672 N3.670 N3.669 N3.667 N3.612 N3.612 N3.612 N3.612
Milieustraat N1.148 N1.082 N1.082 N1.082 N1.082 N1.082 N1.082 N1.082 N1.082
Grofvuil N1.041 N1.057 N1.057 N1.057 N1.057 N1.057 N1.057 N1.057 N1.057
GFT afval N603 N626 N626 N626 N626 N626 N626 N626 N626
Oud papier en karton N345 N368 N368 N368 N368 N368 N368 N368 N368
Glas N39 N41 N41 N41 N41 N41 N41 N41 N41
Lasten bedrijfsvoering:
Afdeling Stadsbeheer N121 N250 N250 N250 N250 N250 N250 N250 N250
Afdeling Financiën N135 N150 N150 N150 N150 N150 N150 N150 N150
Afdeling Dienstverlening N28 N29 N30 N32 N33 N33 N34 N35 N35
Lasten taakveld (exclusief overige baten afval) N8.363 N9.366 N9.392 N9.434 N9.474 N9.446 N9.501 N9.535 N9.410
Totaal lasten (inclusief overige baten en indirecte lasten) N8.217 N9.090 N8.918 N8.984 N9.036 N9.020 N9.092 N9.133 N9.013
Baten afvalstoffenheffing (inclusief kwijtscheldingen) V8.005 V7.812 V8.185 V9.048 V9.118 V9.024 V9.024 V9.024 V9.024
Mutatie voorziening middelen derden N212 N1.277 N733 V64 V82 V5 N67 N108 V12

Toelichting lasten taakveld
Ten opzichte van 2024 is de stijging aan lasten voornamelijk te verklaren door stijgende lasten voor de verwerking van restafval en oplopende afschrijvings- en rentelasten. Daarnaast worden de kwijtscheldingen in 2025 weer ten laste van de voorziening gebracht. In 2024 zijn deze nog ten laste van de algemene middelen gekomen.

Toelichting baten afvalstoffenheffing
Ten opzichte van 2024 is er sprake van een stijging van de baten door de jaarlijkse prijsindexatie. Voor 2025 bedraagt de prijsindexatie 2,3%.  In programma 7 is een voorstel opgenomen voor een stijging van de baten afvalstoffenheffing van V400 in 2025 en 2026. Zonder deze stijging van de baten wordt het saldo van de voorziening afvalstoffenheffing middelen derden in 2026 negatief, wat niet is toegestaan. 

Tarieven 2025 
Voor de tariefberekening behoeven niet alle kosten, zoals BTW, te worden toegerekend aan het taakveld. Hierdoor is het mogelijk om tegemoet te komen aan het streven van gelijkmatige tariefontwikkeling dan wel de stijging van de afvalstoffenheffing te beperken. 

Tarieven afvalstoffenheffing 2024 2025
Jaartarief éénpersoonshuishoudens € 226,37 € 244,44
Jaartarief tweepersoonshuishoudens € 264,78 € 283,68
Jaartarief drie of meer persoonshuishouden € 296,52 € 316,20

Aantal huishoudens
Het aantal huishoudens voor 2025 is berekend met het aantal dat bekend is juli 2024. 

Aantal aansluitingen afval
Het geschatte aantal aansluitingen per 1 juli 2024 31.250
Tot medio 2025 op te leveren 448
Tot medio 2025 te amoveren -
Totaal aantal aansluitingen 31.698
Leegstand -612
Automatische kwijtschelding -1.300
Overige kwijtschelding -700
Feitelijk aantal huishoudens 29.086

Toelichting mutatie voorziening afvalstoffenheffing middelen derden
Aangezien de kostendekkendheid onder de 100% ligt, is er sprake van een dalend saldo in de voorziening. Rekening houdend met de voorstelde tariefsverhoging in programma 7 is het saldo in de voorziening toereikend tot en met 2032. Een negatief saldo in de voorziening is niet toegestaan.

Voorziening afvalstoffenheffing middelen derden 2025 2026 2027 2028 2029 2030 2031 2032
Baten afvalstoffenheffing V8.379 V8.779 V9.704 V9.779 V9.679 V9.679 V9.679 V9.679
Kwijtscheldingen N566 N593 N656 N661 N654 N654 N654 N654
Totale netto baten V7.812 V8.185 V9.048 V9.118 V9.024 V9.024 V9.024 V9.024
Lasten taakveld N9.367 N9.392 N9.434 N9.474 N9.446 N9.501 N9.535 N9.410
Baten afval V360 V360 V360 V360 V360 V360 V360 V360
Indirecte baten (dividend Irado) V110 V330 V330 V330 V330 V330 V330 V330
Indirecte lasten (overhead + rentelasten aandelen Irado) N193 N216 N240 N252 N264 N281 N287 N293
Totale lasten N9.090 N8.919 N8.984 N9.036 N9.020 N9.092 N9.133 N9.013
Mutatie voorziening middelen derden N1.277 N733 V63 V82 V5 N68 N108 V11
Stand voorziening middelen derden per 31 december V914 V181 V244 V326 V331 V263 V155 V166

Rioolheffing

Terug naar navigatie - Rioolheffing

De Gemeente is verantwoordelijk voor een goede afvoer van het hemel- en afvalwater. De kosten voor de uitvoering van deze taak worden verhaald door de rioolheffing. De belasting wordt  van zowel de eigenaar als de gebruiker van een woning en bedrijfspand geheven. Het tarief voor de eigenaar van een pand is een vast bedrag. De grondslag voor het gebruikerstarief is 250m3 of een gedeelte van 250m3 water dat wordt afgevoerd per perceel. Is het afvoerwater meer dan 250m3, dan verdubbelt het gebruikerstarief. Voor huishoudens is het tarief standaard 250m3.

Uitgangspunt voor de vaststelling van de tarieven is maximaal 100 % kostendekkendheid. Voor de gebruikersbelasting woningen kan kwijtschelding worden verleend. De lasten van de kwijtschelding zijn in de berekening van het tarief meegenomen. Het tarief voor de gebruikersbelasting is deelbaar door twaalf. Bij een verhuizing buiten de Gemeente wordt restitutie gegeven voor de volle maanden die overblijven na de verhuizing. 

Kostendekkendheid rioolheffing begroting 2024 2025 Mutatie Toelichting
Lasten taakveld N3.994 N4.869 N875 Toename voornamelijk door stijging kapitaallasten en bedrijfsvoering
Baten taakveld exclusief heffingen:
- Onderhoud gemalen V375 V375 N0
- Spoorlaan 18 V34 V38 V4
Netto lasten taakveld N3.585 N4.456 N871
Toe te rekenen indirecte lasten (overhead) N455 N155 V300
Totale lasten N4.040 N4.611 N571
Baten rioolheffing V4.015 V4.210 V196 Stijging baten door prijsindexatie van 2,3%
Kwijtscheldingen N107 N110 N3 In 2024 buiten de voorziening om, maar maakt wel deel uit van KDE
Totale baten V3.907 V4.100 V193
Kostendekkendheid (KDE) 96,7% 88,9% KDE 24 is inclusief mutaties uit de NJN23 en de VJN24 en wijkt daarom af van BG24
Ontwikkeling lasten taakveld 7.2 Riolering 2024 2025 2026 2027 2028 2029 2030 2031 2032
Kapitaallasten:
Afschrijving N1.204 N1.490 N1.606 N2.004 N2.147 N2.406 N2.663 N2.921 N3.179
Rente N128 N341 N600 N930 N1.177 N1.441 N1.803 N2.048 N2.302
Uitbesteed werk:
- Rioolgemalen N407 N407 N407 N407 N407 N407 N407 N407 N407
- Persleidingen N30 N30 N30 N30 N30 N30 N30 N30 N30
- Rioolbeheer N450 N450 N450 N450 N450 N450 N450 N450 N450
- Grondwatervoorziening N100 N100 N100 N100 N100 N100 N100 N100 N100
- Onderzoek en plannen N80 N80 N80 N80 N80 N80 N80 N80 N80
Energie N394 N354 N354 N354 N354 N354 N354 N354 N354
Dotatie voorziening dubieuze debiteuren N0 N29 N29 N29 N29 N29 N29 N29 N29
Overig N39 N81 N81 N81 N81 N81 N81 N81 N81
Lasten bedrijfsvoering:
- afdeling Stadsbeheer N787 N1.292 N1.290 N1.290 N1.290 N1.290 N1.290 N1.290 N1.290
- afdeling Dienstverlening N136 N122 N129 N136 N139 N141 N146 N147 N148
- afdeling Financiën N84 N91 N91 N91 N91 N91 N91 N91 N91
Lasten taakveld (exclusief overige baten riool) N3.841 N4.869 N5.248 N5.982 N6.375 N6.900 N7.524 N8.028 N8.541
Totaal lasten (inclusief overige baten en indirecte lasten) N3.882 N4.610 N4.989 N5.724 N6.117 N6.642 N7.266 N7.770 N8.283
Baten rioolheffing (inclusief kwijtscheldingen) V3.907 V4.100 V4.097 V4.829 V6.324 V6.790 V7.255 V7.721 V8.053
Mutatie voorziening middelen derden V25 N510 N892 N895 V208 V148 N11 N50 N230
Percentage toerekening lasten aan gebruikers 41% 44%
Percentage toerekening lasten aan eigenaren 59% 56%

Toelichting lasten taakveld
Ten opzichte van 2024 is er een stijging van de lasten. De stijging aan lasten is voornamelijk te verklaren door de oplopende afschrijvings- en rentelasten en een stijging van de bedrijfsvoeringlasten. Daarnaast worden de kwijtscheldingen in 2024 weer ten laste van de voorziening gebracht. In 2024 zijn deze nog ten laste van de exploitatie gebracht.

Toelichting baten riool- en waterzorgheffing
Ten opzichte van 2024 is er sprake van een stijging van de baten door de jaarlijkse prijsindexatie. Voor 2025 bedraagt de indexatie 2,3%.

Aantal aansluitingen
Het aantal aansluitingen voor 2025 is berekend met het aantal dat bekend is juli 2024. 

Aantal aansluitingen riool
Het geschat aantal heffingsobjecten per 1 juli 2024 33.180
Tot medio 2025 op te leveren heffingsobjecten (woningen) 448
Tot medio 2025 te amoveren heffingsobjecten (woningen) -
Nieuwbouw heffingsobjecten (niet-woningen) -
Totaal aantal eenheden (eigendom) 33.628
Leegstand -612
Automatische kwijtschelding -1.300
Overige kwijtschelding -700
Totaal aantal eenheden (gebruikers) 31.016
Gemiddelde tussen aantal eigendom en gebruikers 32.322

Tarieven 2025
Voor de tariefberekening behoeven niet alle kosten, zoals BTW, te worden toegerekend aan het taakveld. Hierdoor is het mogelijk om tegemoet te komen aan het streven van gelijkmatige tariefontwikkeling dan wel de tariefstijging te beperken. De tarieven worden afgerond op een veelvoud van 12. Dit wordt gedaan, omdat bij een verhuizing naar buiten de gemeente de aanslag verminderd wordt over de volle maanden die overblijven na de datum van verhuizing. Tot en met 2024 werden de tarieven nog afgerond op hele euro's. Voor 2024 is ervoor gekozen om de kwijtscheldingen niet ten laste van de voorziening riolering middelen derden, maar ten laste van de exploitatie te brengen om daarmee te voldoen aan het streven voor lage lokale lasten. Dit voordeel is vooral terecht gekomen bij de gebruikers. Aangezien het begrotingssaldo dit voor 2025 niet toelaat, wordt daar in 2025 van afgezien. Zie hiervoor het voorstel 7.7 in de voorjaarsnota 2024. Dit verklaart de sprong in het tarief van 2024 naar 2025 voor het gebruikersdeel. 

Tarieven rioolheffing 2024 2025
Eigenaren € 69,00 € 68,52
Gebruikers € 51,00 € 54,84
Totaal € 120,00 € 123,36

Toelichting mutatie voorziening rioolheffing middelen derden
Aangezien de kostendekkendheid onder de 100% ligt, is er sprake van een dalend saldo in de voorziening. Rekening houdend met de voorstelde tariefsverhoging in programma 7 is het saldo in de voorziening toereikend tot en met 2032. Een negatief saldo in de voorziening is niet toegestaan.

Voorziening rioolheffing 2025 2026 2027 2028 2029 2030 2031 2032
Baten rioolheffing V4.210 V4.207 V4.958 V6.494 V6.971 V7.449 V7.927 V8.268
Kwijtscheldingen N110 N110 N129 N169 N182 N194 N206 N215
Totale netto baten V4.100 V4.097 V4.829 V6.324 V6.790 V7.255 V7.721 V8.053
Lasten riolering N4.868 N5.247 N5.982 N6.375 N6.900 N7.524 N8.028 N8.541
Baten taakveld exclusief heffingen V413 V413 V413 V413 V413 V413 V413 V413
Indirecte lasten (overhead) N155 N155 N155 N155 N155 N155 N155 N155
Totale lasten N4.610 N4.989 N5.724 N6.117 N6.642 N7.266 N7.770 N8.283
Mutatie voorziening middelen derden N510 N892 N895 V208 V148 N11 N50 N230
Stand voorziening middelen derden per 31 december V1.913 V1.022 V127 V334 V482 V471 V421 V191

Kwijtscheldingen

Terug naar navigatie - Kwijtscheldingen

Als een inwoner om financiële redenen niet in staat is de aanslagen gemeentelijke belastingen te betalen, kan kwijtschelding worden verleend. Kwijtschelding wordt alleen verleend voor de gebruikers belastingen afvalstoffen- en rioolheffing. 

Kwijtscheldingsaanvragen worden met gebruik van het Inlichtingenbureau (opgericht door het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de VNG) beoordeeld. Op basis van bestandsvergelijking van het UWV, Gemeentelijke Basis Administratie, Rijksdienst voor het wegverkeer en de Rijksbelastingdienst. 

Aan het einde van het jaar worden alle kwijtscheldingsaanvragen die zijn toegekend in het lopende belastingjaar beoordeeld door het Inlichtingenbureau voor de aanslagen van het komende belastingjaar. De uitkomsten van het Inlichtingenbureau worden gecontroleerd. Inwoners die dan voldoen aan de kwijtscheldingsregels krijgen dan een nul-aanslag. Bij het opleggen van de aanslagen wordt deze gelijk kwijtgescholden.

Bij de behandeling van een kwijtscheldingsaanvraag worden de kosten van bestaan op 100% van de kwijtscheldingsnorm gesteld. Bij een pensioengerechtigde leeftijd wordt dit bedrag verhoogd tot 100% van de toegepaste AOW-norm. Sinds 2023 past de gemeente ook de ruimste norm voor het vrijlaten van het eigenvermogen toe. 

Kwijtschelding
Lasten taakveld N34
Overhead N20
Totale lasten taakveld N54
Lasten heffing N608
Totale lasten heffing N608
Specificatie lasten heffing Meerjarig Incidenteel Totaal
Afvalstoffenheffing N323 N174 N497
Rioolheffing N72 N39 N111
Totaal N395 N213 N608

Leges

Terug naar navigatie - Leges

Leges kunnen worden geheven voor gemeentelijke dienstverlening. Legesheffing mag alleen dienen om kosten te verhalen. Het is niet toegestaan dat er winst wordt gemaakt. Dit betekent dat de totale opbrengst uit de legesverordening in zijn geheel niet meer dan kostendekkend mag zijn. Een belangrijk deel van de legestarieven is gebaseerd op de inzet van personeel en wordt het meest beïnvloed door de loonontwikkeling.

Binnen de legesverordening worden drie hoofdstukken toegepast. Hoofdstuk 1 heeft betrekking op 'Algemene dienstverlening' zoals huwelijken, paspoorten en rijbewijzen, bij Hoofdstuk 2 gaat het om 'Dienstverlening en besluiten in het kader van de omgevingswet' en bij Hoofdstuk 3 gaat het om 'Dienstverlening vallend onder de dienstenrichtlijn en niet vallend onder hoofdstuk 2'. Voor een aantal tarieven stelt het Rijk een maximumtarief vast, bijvoorbeeld voor de leges reisdocumenten. Voor de overige legestarieven is de inflatiecorrectie van 2,3% toegepast. De mate van kostendekkendheid van de legestarieven is onderzocht, deze mag maximaal 100% bedragen. Hierbij is uitgegaan van de begrotingscijfers van 2025. De conclusie uit het onderzoek is dat onze legesopbrengsten binnen de geldende kaders niet hoger zijn dan de kosten die we maken. 

Hoofdstuk 1 Algemene dienstverlening
De in Hoofdstuk 1 opgenomen legesbedragen zijn gebaseerd op de producten zoals deze door de diverse afdeling aan burgers of bedrijven op aanvraag worden geleverd. De lasten die toegerekend zijn, betreffen vooral medewerkers van de afdeling dienstverlening. Ook afdrachten aan het Rijk voor bepaalde leges zijn meegenomen.

Hoofdstuk 2 Dienstverlening en besluiten in het lader van de omgevingswet
Bij de in Hoofdstuk 2 opgenomen legesbedragen gaat het om dienstverlening vallend onder de fysieke leefomgeving. Voorbeelden zijn aanvragen van vergunningen voor bouw- of verbouwactiviteiten. De lasten die toegerekend zijn, betreffen vooral medewerkers van de afdeling stadsbeheer die zich bezig houden met de aanvraag van de omgevingsvergunningen.

Hoofdstuk 3 Dienstverlening vallend onder de dienstenrichtlijn en niet vallend onder hoofdstuk 2
De in Hoofdstuk 3 opgenomen legesbedragen hebben betrekking op de overige vergunningen zoals horecavergunningen en vergunningen voor  evenementen.

Kruissubsidiëring
De opbrengstlimiet ingevolge artikel 229b van de Gemeentewet brengt met zich mee dat de tarieven van de leges zodanig worden vastgesteld dat de geraamde baten niet uitgaan boven de geraamde lasten ter zake. Verder is van belang dat voor de kostendekkendheid moet worden gekeken naar de totale lasten en totale opbrengsten. Hierbij geldt het beginsel van zogenaamde kruissubsidiëring. Dit houdt in dat de dekking per product verschillend mag zijn als de dekkingsgraad van alle producten binnen de verordening tezamen maar niet boven 100% uitkomt. Kruissubsidiëring tussen de hoofdstukken onderling is dus ook mogelijk. Dit is af te leiden uit een arrest van de Hoge Raad van 13 februari 2015 (ECLI:NL:HR:2015:282, nr. 14/00655). Hierin werd door de Hoge Raad uitgemaakt dat de toetsing van de geraamde baten en lasten aan de opbrengstlimiet van artikel 229b Gemeentewet nog steeds verordeningbreed moet plaatsvinden, dat wil zeggen op het totaal van de geraamde baten van de rechten die in een verordening zijn geregeld en het totaal van de geraamde lasten die de werkzaamheden meebrengen waarvoor deze rechten worden geheven. Naast de kruissubsidiëring tussen hoofdstukken, kan deze zich ook voordoen tussen paragrafen onderling.

Beoordeling kostendekkendheid legesverordening
Voor het beoordelen van de kostendekking geldt dat op basis van de eventuele kruissubsidiëring het totaal van de opbrengsten en kosten van alle titels tezamen beoordeeld moet worden. Op basis hiervan toont onderstaand overzicht aan dat, uitgaande van de opbrengstramingen uit de begroting 2025, de kostendekkendheid van de totale verordening 77,8% bedraagt. Hiermee voldoet de legesheffing aan de wettelijke voorschriften van een maximale kostendekkendheid van 100%.

Kostendekkendheid begroting 2025
Hoofdstuk 1 Algemene dienstverlening Kosten Opbrengsten Kostendekkendheid
1.1 Burgerlijke stand N145 V122 84,2%
1.2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart N1.092 V1.116 102,3%
1.3 Rijbewijzen N202 V233 115,2%
1.4 Verstrekkingen in het kader van basisregistratie persoonsgegevens N50 V36 71,4%
1.7 Overige publiekszaken N25 V21 87,3%
1.8 Gemeentearchief N10 V9 88,9%
1.9 Bijzondere wetten N185 V142 76,5%
1.10 Diversen N93 V17 18,7%
Totaal N1.801 V1.696 94,2%
Hoofdstuk 2 Omgevingswet Kosten Opbrengsten Kostendekkendheid
2.2 Voorfase N16 V8 52,7%
2.3 Activiteiten met betrekking tot bouwwerken N1.222 V764 62,5%
2.4 Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed N3 V0 9,2%
2.5 Milieubelastende activiteiten N18 V22 123,9%
2.7 Aanlegactiviteiten N65 V6 9,9%
2.8 Overige activiteiten N20 V1 5,1%
2.11 Overige tarieven N7 V1 7,8%
2.12 Modaliteiten N60 V17 27,7%
2.13 Vermindering N0 N19 -6109,3%
2.14 Teruggaaf N2 V0 0,2%
Totaal N1.413 V800 56,6%
Hoofdstuk 3 Europese dienstenrichtlijn Kosten Opbrengsten Kostendekkendheid
3.1 Horeca N19 V16 86,9%
3.3 Winkeltijdenwet N3 V2 48,8%
3.4 Organiseren evenement of markt N13 V10 77,2%
3.5 Standplaatsen N3 V4 171,7%
Totaal N37 V32 86,2%
Totaal kostendekkendheid N3.251 V2.528 77,8%

Logiesbelasting

Terug naar navigatie - Logiesbelasting

Logiesbelasting wordt geheven van eigenaren van hotels, pensions (B&B) en recreatiewoningen binnen Capelle. Het aanslagbedrag wordt berekend per persoon per overnachting.  De opbrengst van de logiesbelasting ten gunste van de algemene middelen. Deze belasting is in ruime mate gebaseerd op de profijtgedachte. 
Vanaf 2023 neemt het beperkte aantal belastingplichtigen af en daardoor ook de opbrengst. Het tarief van de Logiesbelasting kan niet jaarlijks worden geïndexeerd, dit komt door de hoogte van het tarief.  Voor 2024 is het tarief aangepast naar € 1,30. Voor 2027 zal het tarief opnieuw worden herzien. 

Voor 2025 gaan we uit van een opbrengst van € 55.000.

Marktgeld

Terug naar navigatie - Marktgeld

In onderstaande tabel worden de lasten en baten voor de weekmarkt in Capelle-Centrum weergegeven. De kostendekkendheid bedraagt 48%.

Markt Capelle Centrum
1. Personeelslasten N21
2. Overhead N13
3. Materiële lasten N52
4. Afschrijvingslasten N19
Totaal lasten N105
Totaal baten V50
Kostendekkendheid 48%

Toelichting Baten heffing
De marktondernemers staan op de tijdelijke locatie onder de metrobaan ruimer opgesteld dan voorheen op het Stadsplein. De beschikbare ruimte is daarvoor toereikend en kunnen we op deze manier als compensatie aanbieden voor de corona-periode en voor de ongunstige locatie waar de marktondernemers nu tijdelijk staan ten opzichte van het Stadsplein. Op het nieuwe Stadsplein wordt weer uitgegaan van het aantal meters zoals staat opgenomen in de vergunning.

Berekening tarieven
Voor 2025 worden de tarieven trendmatig aangepast met de inflatiecorrectie van 2,3%. In de onderstaande tabel staan de nieuwe tarieven.

Marktgeld tarieven 2025 2024
Dagtarief per m2 € 0,65 € 0,64
Kwartaaltarief per m2 € 7,60 € 7,43

Bedrijveninvesteringszones (BIZ)

Terug naar navigatie - Bedrijveninvesteringszones (BIZ)

Met de ondernemers van het bedrijventerrein CapelleXL en Capelle-West is afgesproken dat voor deze bedrijventerreinen BIZ aanslagen worden opgelegd. BIZ staat voor Bedrijven Investerings Zone. Dit is een wettelijk instrument, waarmee ondernemers met de opbrengst van de BIZ belasting gezamenlijk investeren in de kwaliteit en uitstraling van hun bedrijfsomgeving.
De afspraak om de BIZ te heffen wordt om de vijf jaar herzien. De opbrengst van de BIZ belasting wordt in een subsidie aan het bedrijventerrein uitgekeerd.
De kosten die worden gemaakt voor het invorderen van de aanslagen (perceptiekosten) wordt van de opbrengst afgehaald. De kosten zijn 1% van de opbrengst. 
Voor de BIZ Capelle XL worden 370 aanslagen opgelegd. Voor BIZ Capelle West worden 130 aanslagen opgelegd.