Jaarstukken in hoofdlijnen

Dit hoofdstuk geeft een samenvatting van belangrijke beleidsresultaten en financiële resultaten in relatie tot de Begroting 2024 en de Slotwijziging 2024 weer. 

In 2024 zijn 37 activiteiten (maatregelen/wat hebben we gedaan) voltooid (groen) en lopen 7 activiteiten volgens planning (grijs). Er zijn 11 prestaties oranje gelabeld, wat betekent dat we deze prestaties niet in 2024 hebben afgerond, maar afronden in 2025 of later. Vijf prestaties hebben we niet uitgevoerd en gaan we ook niet meer uitvoeren (rood). Prestaties die voor 1 april 2025 zijn afgerond, hebben ook de kleur groen gekregen.

Voor een verdere inhoudelijke toelichting van deze en de andere prestaties verwijzen we naar de desbetreffende programma’s. Daar vindt u ook per activiteit de vergelijking met de status uit de Voorjaarsnota 2024 en de Najaarsnota 2024.

In de jaarrekening 2024 presenteren we u een nadelig gerealiseerd resultaat van 1.879 ten opzichte van een verwacht nadelig resultaat van 5.752 bij de Slotwijziging 2024. 
In realisatie is sprake van een nadelig resultaat maar deze is dus 3.873 minder nadelig dan verwacht bij de Slotwijziging. De afwijking van 3.873 wordt hieronder per programma toegelicht.

In lijn met de besluitvorming van de Slotwijziging is uit de algemene reserve 5.752 ingezet ter dekking. Na inzet algemene reserve ontstaat in de rekening een voordelig saldo van 3.873. We stellen voor om dit saldo weer toe te voegen aan de algemene reserve, zodat dit in de reserve beschikbaar blijft voor de voorziene tekorten in de meerjarenbegroting.

Onderstaand treft u per programma de verschillen tussen de Begroting 2024 inclusief Slotwijziging 2024 en de Jaarrekening 2024 vóór en ná mutaties in de reserves aan. Voor een uitgebreidere toelichting verwijzen we u naar de desbetreffende programma's. De overschrijdingen op programmaniveau maken afzonderlijk deel uit van de besluitvorming over de Jaarstukken 2024. De toelichtingen zijn opgenomen indien het een verschil betreft van groter dan V/N 100.

De begroting 2024 inclusief wijzigingen heeft een geraamd resultaat van N 5.752. In lijn met het wijzigingsbesluit uit de Voorjaarsnota 2024 (0.18) is dit negatieve resultaat gedekt door een onttrekking aan de Algemene reserve. 

Het rekeningsaldo 2024 bedraagt N 1..879 vóór onttrekking aan de Algemene reserve. Het saldo komt hiermee positiever uit dan begroot. Dit voordeel wordt met name verklaard door voordelen op het Sociaal domein, op de programma's 6A, 6C en 6D. Daar tegenover staat een nadeel op programma 0 en 8.

Binnen programma 6A (Sociale infrastructuur) wordt het voordeel van V 1.941 onder andere verklaard door uitvoering van de Jeugdagenda. Een deel van de activiteiten hebben we ten laste gebracht van de specifieke uitkering voor de versterking van sport en bewegen, gezondheidsbevordering, cultuurparticipatie en de sociale basis. Dat levert een voordeel op van V 828. Door het realiseren van lagere lasten voor de opvang ontheemden Oekraïne is een voordeel ontstaan van V 810. Hiervan is 420 via de reserve éénmalig overgeheveld naar 2025.

Op de lasten binnen programma 6C (Wmo) zijn onderschrijdingen gerealiseerd (V 1.411), onder andere door een lagere verzilvering van de indicaties op Huishoudelijke hulp. In de begroting is met een iets hoger percentage gerekend. Ook is de pilot Begeleiding in de wijk succesvol.

Het voordeel op programma 6D (Jeugdzorg) ontstaat door een daling van de regionale hulpkosten voor Capelle. In de 2e bestuursrapportage 2024 van de GRJR bleek al een daling, de kosten in de jaarrekening 2024 van de GRJR vielen lager uit dan de prognose in de 2e bestuursrapportage (V 881). Daarnaast is de bij de voorjaarsnota ingeschatte post autonome groei van de regionale jeugdhulpkosten niet gerealiseerd (V 190).

Binnen programma 0 (Bestuur en ondersteuning) wordt het nadeel onder andere verklaard door de Algemene uitkering. De in de Najaarsnota 2023 begrote vergoeding vanuit het Rijk waarover veel wordt gesproken en al jarenlang wordt onderhandeld tussen de VNG en het Rijk is niet ontvangen in 2024 (N 1.200). Hiertegenover staan weliswaar voordelen vanuit de Decembercirculaire en afrekeningen oude jaren (V 601) maar de totale opbrengst is lager dan begroot. Binnen programma 0 zijn daarnaast extra dotaties gedaan aan de voorzieningen APPA, RVU en verlofsparen (per saldo N 403).
 
Binnen programma 8 (Stadsontwikkeling) tenslotte wordt het nadeel van N 1.291 voornamelijk verklaard door de grondexploitaties, vanwege een extra dotatie aan de voorziening verliesgevende projecten (N 985). Ook is een winstneming vanwege fasering naar achteren geschoven (N 286). In de geheime bijlage Actualisatie Grondexploitaties MPP 2025 beschrijven we de voornaamste ontwikkelingen.

Voor een uitgebreidere toelichting verwijzen we u naar de desbetreffende programma's.

Capelle aan den IJssel heeft een relatief hoog eigen vermogen, een schuldpositie die niet in de risicozone zit en een beperkte omvang van de grondexploitaties. De structurele exploitatieruimte is positief en de lokale lastendruk is laag. Hiermee kunnen we tegenvallers opvangen. In meerjarenperspectief kan dit beeld omslaan bij sterk dalende inkomsten van het Rijk en toenemende lasten vanwege investeringen en rentekosten. Zie hiervoor de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing. Deze kengetallen zijn een momentopname. In de begroting wordt het meerjarenbeeld tot en met 2029 weergegeven.

We hebben, via de eigen (verbijzonderde) interne controle de volgende onrechtmatigheden geconstateerd: 

• • De programma’s zijn voor totaal 4.937 onrechtmatig. Hiervan is 4.937 passend binnen het vastgestelde beleid van de gemeente
  • Eén krediet wordt overschreven met een omvang van 15
  • Bij de Europese aanbestedingen is één onrechtmatigheid geconstateerd met een omvang van 135. Deze ziet op het niet naleven van de Europese aanbestedingsregels. De inkooponrechtmatigheid heeft betrekking op het proces van aanbesteden op één inhuur. Na constatering van een mogelijke onrechtmatigheid is besloten het contract te beëindigen. In verband met de overdracht van de specifieke (project)kennis liep het contract door en is de norm voor EU-aanbestedingen overschreden. Het contract is per december 2024 beëindigd.

Voor verbonden partijen die in mandaat werken voor de gemeente moeten de geconstateerde onrechtmatigheden pro-rata worden gemeld bij de gemeente. Voor de verbonden partijen zijn in 2024 geen onrechtmatigheden geconstateerd die doorwerken naar de gemeente.

Vanaf 2024 is het College verantwoordelijk voor de uitspraak over de rechtmatigheid. De accountant beoordeelt de rechtmatigheidsverantwoording op getrouwheid. De geconstateerde onrechtmatigheden overschrijden de door de Raad vastgestelde 1% goedkeuringsmarge.