Financieel perspectief te voeren beleid

Eindstand inclusief doorkijk naar 2029

Terug naar navigatie - Eindstand inclusief doorkijk naar 2029

Na verwerking van alle mutaties komt de eindstand van de meerjarenbegroting uit zoals weergegeven in de onderstaande tabel. Hierbij dient aangegeven te worden dat er in 2029 nog sprake is van een in te vullen taakstelling van 1.000.

Begroting en meerjarenbegroting Doorkijk
Financiële eindstand (bedragen in € 1.000) 2021 2022 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029
Eindstand Begroting 2022/ VJN 2021 N766 V4.167 V5.031 V2.375 V2.115 V2.623 V1.069 V486 V66
Besluitvorming Begroting 2022:
- Amendement Kapitaallastenreserve N1.250 N1.250 N1.250 N1.250 N1.250 N1.250
- Amendement Capelle werkt (ook in de toekomst) actief mee aan duurzaamheid N155 N155 N155 N155 N155 N155
Beginstand Najaarsnota 2021 N766 V4.167 V5.031 V970 V710 V1.218 N336 N919 N1.339
Totaal wijzigingsvoorstellen in de Najaarsnota V9.150 V8.787 N1.449 V2.848 V960 V722 V640 V2.286 V1.448
Eindstand Najaarsnota 2021 V8.384 V12.954 V3.582 V3.818 V1.670 V1.940 V304 V1.367 V109
Taakstelling N1.000
Activiteiten continueren in begroting N36 N321 N381 N810 N810 N810 N810 N810

Financiële ratio's

Terug naar navigatie - Financiële ratio's

In de onderstaande onderdelen worden de gevolgen van de begrotingsmutaties van deze Najaarsnota 2021 voor financiële ratio's inzichtelijk gemaakt. 

In grote lijnen zien we een verbetering van de ratio's ten opzichte van de Begroting 2022. Door een lagere financieringsbehoefte daalt de schuldquote en stijgt de solvabiliteit. Het EMU-saldo is negatief in alle jaren.

Netto schuldquote (gecorrigeerd voor doorverstrekte leningen)

Terug naar navigatie - Netto schuldquote (gecorrigeerd voor doorverstrekte leningen)

De Netto schuldquote, gecorrigeerd voor doorverstrekte leningen, wordt berekend door de verschillende schuld-posten van de balans te delen door de baten. De trend is nog steeds stijgend, zoals ook bij de Begroting 2022, maar zal naar verwachting significant lager eindigen dan eerder verwacht bij de Begroting 2022. De Netto schuldquote blijft tot en met 2028 in de "groene" zone (indicatie van de provincie Zuid-Holland). 

Netto schuldquote (gecorr.) 2021 2022 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029
VJN 2021 38,0% 57,0% 69,0% 80,0% 88,0% 94,0% 94,0% 95,0% 96,0%
Begroting 2022 51,2% 58,8% 70,6% 80,1% 88,7% 92,5% 96,2% 97,4%
NJN 2021 24,9% 41,4% 52,3% 61,0% 76,0% 83,1% 87,2% 89,7% 91,4%

Solvabiliteit

Terug naar navigatie - Solvabiliteit

De solvabiliteit, oftewel de verhouding “eigen vermogen / totaal vermogen”, ontwikkelt zich 4 tot 5% hoger dan bij de Begroting 2022. De solvabiliteit komt daarmee pas in 2025 in de "gele" zone (indicatie van provincie Zuid-Holland).

Solvabiliteit 2021 2022 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029
VJN 2021 54,0% 49,0% 46,0% 44,0% 42,0% 41,0% 41,0% 41,0% 41,0%
Begroting 2022 51,3% 49,9% 47,6% 45,4% 43,5% 42,6% 41,7% 41,2%
NJN 2021 63,2% 56,3% 53,9% 52,4% 49,2% 47,6% 46,7% 46,2% 46,0%

EMU-saldo

Terug naar navigatie - EMU-saldo

Het EMU-saldo geeft een indicatie van de feitelijke geldstromen van de gemeente. Volgens de Septembercirculaire 2021 zou deze niet nadeliger moeten zijn dan N 8.411, oftewel ons Capelse aandeel in het totale begrotingstekort van Nederland. Dit is echter geen harde norm, maar een indicatie. Uit de tabel blijkt dat wij hier niet aan voldoen, behalve in de laatste jaren 2028 en 2029. Een EMU-saldo van 0 is overigens de theoretisch beste situatie, als uitgaven en inkomsten aan elkaar gelijk zijn.

EMU-saldo 2021 2022 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029
VJN 2021 -54.724 -36.091 -26.877 -16.710 -17.090 -11.605 -2.536 -1.740 -1.852
Begroting 2022 -25.256 -16.015 -18.701 -19.411 -18.564 -8.771 -8.417 -2.601
NJN 2021 -22.871 -41.276 -20.246 -16.889 -27.873 -15.903 -8.525 -7.342 -2.208

Debt Service Coverage Ratio (DSCR)

Terug naar navigatie - Debt Service Coverage Ratio (DSCR)

De Debt Service Coverage Ratio (DSCR) geeft een beeld van de plek die rente en aflossingen innemen in de begroting. De DSCR wordt als volgt berekend: (resultaat + afschrijving en rente) / (rente + aflossingen). Wanneer rente of aflossingen een relatief groot deel van de kasstromen uit maken, daalt deze waarde onder 1. Bij voorkeur is deze ratio boven de 1. In alle jaren is deze ratio boven de 1, met uitzondering van 2021.

Debt Service Coverage Ratio 2021 2022 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029
Resultaat voor bestemming 6.332 5.992 3.200 3.490 1.340 1.410 -112 943 -327
Afschrijving 7.167 8.010 9.748 11.671 12.705 13.755 15.558 15.879 16.483
Rente 340 456 723 886 1.142 1.380 1.522 1.615 1.679
EBITDA (A) 13.839 14.458 13.671 16.047 15.187 16.545 16.968 18.437 17.835
Rentelasten 340 456 723 886 1.142 1.380 1.522 1.615 1.679
Aflossingen bestaande leningen 15.092 5.092 5.092 4.092 4.092 4.094 3.595 3.597 3.598
Aflossingen nieuwe leningen 0 1.644 2.685 3.559 4.837 5.634 6.115 6.549 6.782
Rente + Aflossing (B) 15.432 7.192 8.500 8.537 10.071 11.108 11.232 11.761 12.059
DSCR (A/B) 0,9 2,0 1,6 1,9 1,5 1,5 1,5 1,6 1,5
Debt Service Coverage Ratio 2021 2022 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029
VJN 2021 -0,1 1,0 1,2 1,3 1,3 1,3 1,4 1,4 1,4
Begroting 2022 1,7 1,7 1,4 1,4 1,4 1,4 1,3 1,3
NJN 2021 0,9 2,0 1,6 1,9 1,5 1,5 1,5 1,6 1,5

Afschrijvingsratio

Terug naar navigatie - Afschrijvingsratio

De afschrijvingsratio geeft een indicatie van het relatieve aandeel van afschrijvingslasten ten opzichte van de totale lasten. Als gevolg van investeringen nemen de afschrijvingslasten de komende jaren toe. Deze nemen relatief meer toe dan de totale lasten, waardoor de ratio stijgt.  

Naast de afschrijvingsratio is ook een vergelijking weergegeven van de afschrijvingslasten met de investeringen. Daaruit is zichtbaar dat we met name de eerste jaren meer investeren dan dat we afschrijven op reeds gedane investeringen.

Begroting en meerjarenbegroting Doorkijk
Afschrijvingsratio 2021 2022 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029
Totaal afschrijvingslasten (A) 7.167 8.010 9.748 11.671 12.705 13.755 15.558 15.879 16.483
Totaal exploitatielasten (B) 225.665 232.926 224.597 219.647 214.257 215.044 216.063 217.155 216.892
Afschrijvingsratio (A/B*100) 3,2% 3,4% 4,3% 5,3% 5,9% 6,4% 7,2% 7,3% 7,6%
Vergelijk afschijvingen/investeringen 2021 2022 2023 2024 2025 2026 2027 2028 2029
Totaal afschrijvingslasten 7.167 8.010 9.748 11.671 12.705 13.755 15.558 15.879 16.483
Totaal netto investeringen 41.436 53.332 31.374 30.075 38.791 29.696 22.763 23.022 17.711
Saldo afschrijvingen -/- investeringen -34.269 -45.322 -21.626 -18.404 -26.086 -15.941 -7.205 -7.143 -1.228

Algemene uitkering

Terug naar navigatie - Algemene uitkering

In deze Najaarsnota verwerken wij, zoals gebruikelijk, de Septembercirculaire van het gemeentefonds. Ook verwerken wij de jaarschijf 2021 van de Meicirculaire, terwijl de overige jaren in de Begroting 2022 zijn verwerkt. In de paragraaf Weerstandsvermogen en Risicobeheersing is toegelicht welke onzekerheden er zijn met betrekking tot onze grootste inkomstenbron.

Advies raadswerkgroep SIR

Terug naar navigatie - Advies raadswerkgroep SIR

In april 2019 en mei 2020 heeft de raadswerkgroep SIR een aantal bijeenkomsten gehad. Daarbij is telkens ten behoeve van de voorjaarsnota een advies uitgebracht. Voor de Voorjaarsnota 2021 is dit niet gedaan. We reflecteren hieronder op het laatst gegeven advies vanuit de raadswerkgroep SIR.

Nummer Advies werkgroep Stand van zaken Najaarsnota 2021
1 Blijf de meerjarige doorrekening van de verschillende ratio’s, indicatoren en kengetallen presenteren in P&C-documenten. Hier is aan voldaan.
2 Blijf in de meerjarige doorrekening binnen de neutrale categorie van onze toezichthouder voor wat betreft de netto schuldquote (< 130%) en de solvabiliteit (> 20%). Hier is aan voldaan. Voor de netto schuldquote en voor de solvabiliteit zitten we in "categorie B neutraal".
3 Blijf voldoen aan de wettelijke regelgeving vanuit de wet HOF indien hier wijzigingen op ontstaan en kom/blijf voor de periode 2024 tot en met 2027 gemiddeld binnen de referentiewaarde voor het EMU-saldo en streef naar een waarde van minimaal € 0 EMU-saldo vanaf 2027. Hier is nog niet aan voldaan. Gemiddelde 2024-2027 is -/- 17.298. Referentiewaarde is -/- 8.411. EMU-saldo is in 2027 -/- 8.525, in 2028 -/- 7.342 en in 2029 -/- 2.208. Wij verwachten dat de opbrengsten uit de onderzoeksopdrachten een positief effect zullen hebben op het EMU-saldo.
4 Minimaliseer het aantal bestemmingsreserves, aangezien bestemmingsreserves weliswaar een dekkingsmiddel zijn, maar nadrukkelijk geen financieringsmiddel. Uitgevoerd in Voorjaarsnota 2019. Bij de Jaarstukken 2020 heeft de raad ingestemd met het vormen van een bestemmingsreserve Eneco.
5 Blijf behoudend begroten; Zet daarbij financiële voordelen eerst en vooral in voor versterking van de balans en het terugdringen van de verwachte schuldenlast; Laat zichtbaar de afweging terugkomen over het mogelijk heroverwegen en/of temporiseren van eerder gemaakte keuzes in de P&C-cyclus; Zoek voor het rentepercentage voor de nieuwe langlopende leningen aansluiting bij de bovenkant van wat omliggende gemeenten als lange termijn rente hanteren; Handhaaf de soort “behoedzaamheidsreserve” voor de te ontvangen accressen in de Algemene uitkering; Verhoog de lasten voor de Capellenaar niet met meer dan de inflatie, zolang daar geen directe noodzaak voor is. Rente: uitgevoerd in Najaarsnota 2019 en opnieuw in Voorjaarsnota 2020. In de Begroting 2021 zijn de percentages verlaagd meer in lijn met regiogemeenten. Bij de Begroting 2022 is een voorstel opgenomen om, in lijn met de collegebrief 2021/076, de rente structureel op 1,0% te zetten. Algemene uitkering: In lijn met de Voorjaarsnota 2021 ramen wij de Algemene Uitkering reëel. Belastingen: geïndexeerd in de Begroting 2022.
6 Formuleer een procesvoorstel voor de actualisatie van de Kadernota Kerntakendiscussie 2010, zodat actualisatie nog dit jaar plaats kan vinden. In samenspraak met uw raad is een proces gevormd om de voorbereidingen van de kadernota kerntaken voor de gemeenteraadsverkiezingen van 2022 vorm te geven. Hierover is in september 2021 met uw raad gesproken om te komen tot een proces voor de komende maanden tot de nieuwe raad is geïnstalleerd. In november 2021 vindt er een vervolggesprek plaats.
7 Bepaal vanaf 2020 de norm voor de Debt Service Coverage Ratio (DSCR) op minimaal 1,0. Voor de jaren 2022 e.v. is hier (ruim) aan voldaan. In 2021 is deze net onder de 1,0.
8 Begroot behoedzaam en behoudt vooralsnog de volledige Eneco opbrengst ter versterking van de balans en bepaal op een later moment of een gedeelte van deze opbrengsten incidenteel kan worden ingezet voor het realiseren van bestaande en/of nieuwe beleidswensen. Het bedrag dat minimaal behouden dient te blijven om het wegvallende dividend van structureel € 890.000 te kunnen opvangen bedraagt (tegen 2%) € 44,5 miljoen. In de raadsvergadering van 31 mei 2021 heeft u de kaders voor besteding van de Eneco-gelden vastgesteld. Bij de jaarstukken 2020 heeft u akkoord gegeven op het vormen van een bestemmingsreserve "Bestedingen Eneco-gelden".
9 Geef bij elk P&C-document een expliciete toelichting op die resultaten (begrotingsresultaat en EMU-saldo) en ratio’s (netto schuldquote, solvabiliteit en DSCR) waar in enig jaar en/of structureel niet wordt voldaan aan de gestelde kaders. Geef daarbij aan op welke wijze er wel (weer) voldaan gaat worden aan deze kaders. De verschillende ratio's voldoen aan de gestelde kaders, met uitzondering van het EMU-saldo.

Conclusie

Terug naar navigatie - Conclusie

Op basis van de uitkomsten van deze Najaarsnota in het saldo van baten en lasten en de verschillende ratio's concluderen wij dat er sprake is van een significante verbetering ten opzichte van de Begroting 2022.  De ratio's zijn op dit moment nog groen en bewegen zich naar de neutrale categorie. Het exploitatiesaldo is in de eerste jaren significant beter, wat ruimte biedt voor een nieuw college en raad. Onze conclusie is dan ook dat er sprake is van een solide begroting. Wel is er in 2029 sprake van een beperkte taakstelling van 1.000. Ons eigen vermogen (zie  weerstandsvermogen en risicobeheersing) is hoog te noemen.