Leges kunnen worden geheven voor gemeentelijke dienstverlening. Legesheffing mag alleen dienen om kosten te verhalen. Het is niet toegestaan dat er winst wordt gemaakt. Dit betekent dat de totale opbrengst uit de legesverordening in zijn geheel niet meer dan de geraamde lasten mag bedragen (opbrengstlimiet). Een belangrijk deel van de legestarieven is gebaseerd op de inzet van personeel
en wordt voornamelijk beïnvloed door de loonontwikkeling.
Binnen de legesverordening worden 3 titels toegepast. Titel 1 heeft betrekking op "Algemene dienstverlening" zoals huwelijken, paspoorten en rijbewijzen, bij Titel 2 gaat het om "Fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning" en bij Titel 3 gaat het om "Diensten vallend onder de Europese dienstenrichtlijn" (overige vergunningen).
Voor een aantal tarieven stelt het Rijk een maximumtarief vast, bijvoorbeeld voor de leges reisdocumenten. Voor de overige legestarieven is de inflatiecorrectie van 1,70 % toegepast. De mate van kostendekkendheid van de legestarieven is onderzocht. Hierbij is uitgegaan van de begrotingscijfers van 2021. De conclusie uit het onderzoek is dat onze legesopbrengsten binnen de geldende kaders niet hoger zijn dan de kosten die we maken.
Uitgangspunt
Het aandeel van het bedrag van overhead is berekend door de verhouding tussen de totale som van de overhead en de totale som van de personeelslasten te vermenigvuldigen met de totale begrote personeelslasten per hoofdstuk.
De kostendekkendheid is in de tabel hierna per 'soort' onderverdeeld. Zowel titel 1 als ook titel 2 en titel 3 kennen een onderdekking waarmee de gehele legesverordening niet boven de kostendekkendheid uitkomt.
Titel 1 Algemene dienstverlening
De in Titel 1 opgenomen legesbedragen zijn gebaseerd op de producten zoals deze door de diverse afdeling aan burgers of bedrijven op aanvraag worden geleverd. Uitgaande van de geraamde lasten en baten is per hoofdstuk de kostendekkendheid bepaald. De lasten die toegerekend zijn, betreffen vooral medewerkers van de afdeling publiekszaken. Ook afdrachten aan het Rijk voor bepaalde leges zijn meegenomen. In Titel 1 is sprake van een onderdekking. De kostendekkendheid voor Titel 1 is 40%.
Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning
Bij de in Titel 2 opgenomen legesbedragen gaat het om dienstverlening vallend onder de fysieke leefomgeving. Voorbeelden zijn aanvragen van vergunningen voor bouw- of verbouwactiviteiten. De lasten die toegerekend zijn, betreffen vooral medewerkers van de afdeling stadsbeheer die zich bezig houden met leges en vergunningen. Op dit moment worden er plannen gemaakt voor grootschalige transformatie en woningbouw in de wijk Rivium. Vooralsnog is de aanname dat de projectontwikkelaars in 2020 hun aanvragen gaan indienen, waardoor de baten voor de omgevingsvergunningen ook in dat jaar vallen. Tegelijkertijd is er een kans dat de piek van aanvragen verschuift naar latere jaren, als het project meer tijd gaat kosten. Bij de Najaarsnota 2020 beoordelen we opnieuw de planning en passen we de meerjarige begroting eventueel aan. Als de kostendekkendheid van titel II wijzigt, verwerken we dit ook in de Legesverordening 2021, die in de raad van december 2020 voor besluitvorming wordt geagendeerd. De kostendekkendheid voor Titel 2 is 78%.
Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn
De in Titel 3 opgenomen legesbedragen hebben betrekking op de overige vergunningen zoals horecavergunningen en vergunningen voor markten en evenementen. Bij het bepalen van de kostendekkendheid is op dezelfde wijze te werk gegaan als in de overige Titels. De kostendekkendheid in Titel 3 kent een forse onderdekking, hoewel het in absolute zin om relatief geringe bedragen gaat. De kostendekkendheid voor Titel 3 is 3%.
Kruissubsidiëring
De opbrengstlimiet ingevolge artikel 229b van de Gemeentewet brengt met zich mee dat de tarieven van de leges zodanig worden vastgesteld dat de geraamde baten niet uitgaan boven de geraamde lasten ter zake. Verder is van belang dat voor de kostendekkendheid moet worden gekeken naar de totale lasten en totale opbrengsten. Hierbij geldt het beginsel van zogenaamde kruissubsidiëring.
Dit houdt in dat de dekking per product verschillend mag zijn als de dekkingsgraad van alle producten binnen de verordening tezamen maar niet boven 100% uitkomt. Kruissubsidiëring tussen de titels onderling is dus ook mogelijk. Dit is af te leiden uit een arrest van de Hoge Raad van 13 februari 2015 (ECLI:NL:HR:2015:282, nr. 14/00655). Hierin werd door de Hoge Raad uitgemaakt dat de toetsing
van de geraamde baten en lasten aan de opbrengstlimiet van artikel 229b Gemeentewet nog steeds verordeningbreed moet plaatsvinden, dat wil zeggen op het totaal van de geraamde baten van de rechten die in een verordening zijn geregeld en het totaal van de geraamde lasten die de werkzaamheden meebrengen waarvoor deze rechten worden geheven.
Naast de kruissubsidiëring tussen titels, kan deze zich ook voor doen tussen hoofdstukken onderling. Voor 2021 is dat niet van toepassing: bij alle hoofdstukken is er sprake van onderdekking waardoor er van kruissubsidiëring geen sprake is.
Beoordeling kostendekkendheid legesverordening
Voor het beoordelen van de kostendekkendheid geldt dat op basis van de eventuele kruissubsidiëring het totaal van de opbrengsten en lasten van alle titels tezamen beoordeeld moet worden. Op basis hiervan toont onderstaand overzicht aan dat, uitgaande van de opbrengstramingen uit de begroting 2021, de kostendekkendheid van de totale verordening 50% bedraagt. Dit is af te leiden uit de totale geraamde opbrengst ad V 1.532 en de totale geraamde lasten ad N 3.089. Hiermee voldoet de legesheffing aan de wettelijke voorschriften van een maximale kostendekkendheid.
Verordening |
Omschrijving |
Personeel |
Overhead |
Materiële kosten |
Automatisering |
BTW |
Toezicht & handhaving |
Overige lasten |
Mutaties voorziening |
Afdrachten Rijk |
Totale lasten |
Totale baten |
Kostendekkendheid |
Titel I Algemene dienstverlening |
T1 -H2 |
Reisdocumenten |
N213 |
N138 |
N8 |
N22 |
N11 |
N0 |
N0 |
N0 |
N113 |
N504 |
V197 |
39% |
T1 -H3 |
Rijbewijzen |
N310 |
N201 |
N11 |
N32 |
N15 |
N0 |
N0 |
N0 |
N164 |
N734 |
V286 |
39% |
T1 -H9 |
Overige Publiekszaken |
N127 |
N83 |
N5 |
N13 |
N6 |
N0 |
N0 |
N0 |
N0 |
N233 |
V117 |
50% |
T1 -H10 |
Gemeentearchief |
N8 |
N5 |
N0 |
N0 |
N0 |
N0 |
N0 |
N0 |
N0 |
N13 |
V8 |
57% |
T1 -H11 |
Naturalisatie |
N116 |
N75 |
N4 |
N12 |
N6 |
N0 |
N0 |
N0 |
N0 |
N213 |
V107 |
50% |
T1 -H17 |
Kinderopvang |
N1 |
N1 |
N0 |
N0 |
N0 |
N22 |
N0 |
N0 |
N0 |
N24 |
V10 |
42% |
T1 -H18 |
Kabels en Leidingen |
N74 |
N48 |
N0 |
N0 |
N0 |
N0 |
N0 |
N0 |
N0 |
N122 |
V20 |
16% |
Totaal |
N850 |
N552 |
N28 |
N78 |
N38 |
N22 |
N0 |
N0 |
N277 |
N1.844 |
V745 |
40% |
Titel II Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning |
T2 -H3 |
Omgevingsvergunning |
N521 |
N338 |
N0 |
N50 |
N127 |
N463 |
N308 |
V807 |
N0 |
N1.000 |
V779 |
78% |
Totaal |
N521 |
N338 |
N0 |
N50 |
N127 |
N463 |
N308 |
V807 |
N0 |
N1.000 |
V779 |
78% |
Titel III Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn |
T3 -div |
Horeca/evenementen/overig |
N60 |
N39 |
N0 |
N60 |
N10 |
N75 |
N0 |
N0 |
N0 |
N245 |
V8 |
3% |
Totaal |
N60 |
N39 |
N0 |
N60 |
N10 |
N75 |
N0 |
N0 |
N0 |
N245 |
V8 |
3% |
Totaal legesverordening |
N1.431 |
N929 |
N28 |
N188 |
N175 |
N560 |
N308 |
V807 |
N277 |
N3.089 |
V1.532 |
50% |