Jaarstukken in hoofdlijnen

Beleidsinhoudelijke verantwoording 2020

Terug naar navigatie - Beleidsinhoudelijke verantwoording 2020

In het jaarverslag verantwoorden wij de doelenboom (wat willen we bereiken en wat hebben de gedaan) van de Begroting 2020. In 2020 zijn 15 prestaties (activiteiten/maatregelen/wat hebben we gedaan) afgerond en zijn 36 prestaties going concern. Er zijn 29 prestaties oranje gelabeld wat betekent dat we deze prestaties niet in 2020 hebben afrond maar afronden (of al hebben afgerond) in 2021. Vier prestaties hebben we niet uitgevoerd en gaan we ook niet meer uitvoeren (rood).  De prestaties met de kwalificatie rood lichten wij hier kort toe. Voor een verdere inhoudelijke toelichting  van de prestaties verwijzen wij naar de desbetreffende programma’s.

De prestatie Nader onderzoek naar de introductie app voor slachtoffers van straatintimidatie en terreur uit de doelstelling TV1.2 Stimuleren van Capellenaren (inwoners en ondernemers) om mee te werken aan een veilig Capelle in programma 1 heeft de kwalificatie rood. Het gerechtshof in Den Haag heeft in december 2019 bepaald dat de Rotterdamse Apv-bepaling die straatintimidatie strafbaar stelt, in strijd is met de Grondwet. De rechtbank heeft overwogen dat mensen naroepen en -sissen op straat namelijk onder de vrijheid van meningsuiting valt. Daarmee is het niet mogelijk om handhavend op te treden op grond van deze Apv-bepaling. Daarom willen we vooralsnog geen app introduceren, zonder dat we daadwerkelijk in staat zijn om handhavend op treden na een melding. 

Bij de doelstelling TV3.1 Versterken en verbeteren van kantoor-, bedrijfs- en winkellocaties heeft de prestatie Onderzoek doen naar behoefte woon-werkunits de kwalificatie rood. In Fascinatio is in 2020 de transformatie van het voormalig heup- en kniecentrum naar 120 wooneenheden en 50 werkplekken opgeleverd. Daarnaast zijn op Fascinatio ook 17 woon-werklocaties gerealiseerd. Gezien deze forse toevoeging van dit aanbod en nu ook de ontwikkelaars door de coronacrisis meer aandacht hebben voor woon-(thuis)werkfaciliteiten achten wij een nader onderzoek nu niet nodig. Overigens wijzen wij inkomende vragen over ‘werken vanuit huis’ nadrukkelijk op de ruime mogelijkheden die het huidige bestemmingsplan biedt. 

Ook de prestatie Tweemaal per jaar een Capels Ondernemersontbijt organiseren uit de doelstelling TV3.1 Voortzetten van de goede relatie met ondernemers is rood. Door de huidige coronacrisis zijn er in 2020 helaas geen Capelse Ondernemersontbijten georganiseerd. 

In deelprogramma  5B is de prestatie Aansluiten bij provinciale landschapstafel uit de doelstelling TV5.7 Het versterken van de recreatieve functie van de IJssel rood. Wij gaan ons niet aansluiten bij de landschapstafel Hof van Delfland. Provinciale subsidies waren tot voor kort rechtstreeks gekoppeld aan de landschapstafels. Er waren duidelijk sturing en middelen vanuit de provincie. Nu heeft de provincie zich wat teruggetrokken tot een faciliterende rol aan de landschapstafel. Aansluiten bij de landschapstafel heeft daarmee ook geen meerwaarde meer. Via het programma De Rivier als getijdenpark zijn we bezig met de verkenning naar kansrijke subsidies. Daarnaast werken we aan een aanvulling van het Zandrakpark met een gedeelte dat de waternatuur tot zijn recht laat komen.

Financiële verantwoording jaarstukken 2020

Terug naar navigatie - Financiële verantwoording jaarstukken 2020

In de jaarrekening 2020 presenteren wij u een voordelig gerealiseerd resultaat van 3.320 ten opzichte van een verwacht voordelig resultaat van 83.455 bij de Najaarsnota 2020. Wij stellen u voor dit gerealiseerde resultaat toe te voegen aan de algemene reserve. Het structurele resultaat, het gerealiseerde resultaat na correctie Incidentele baten en lasten, is 11.133 voordelig.

Najaarsnota 2020
De najaarsnota 2020 sloot in 2020 met een voordelig resultaat van 83.455. In de Najaarsnota 2020 hebben wij de Septembercirculaire 2020 en de compensatie corona verwerkt. Daarnaast hebben wij onder andere een voordeel op het Inkomensdeel Participatiewet verwerkt (daling aantal cliënten in 2019 en 2020 ten opzicht van eerdere prognoses, een nadeel als gevolg van volume stijging Wmo en een voordeel als gevolg van het verhogen van de algemene taakstelling i.v.m. het proces kadernota kerntaken. Het meerjarenbeeld in de najaarsnota 2020 laat onderstaand beeld zien.

2020 2021 2022 2023 2024
Eindstand Najaarsnota 2020 V83.455 N2.152 N1.256 V1.357 V202

Verschillenverklaring Najaarsnota 2020 - Jaarrekening 2020

Terug naar navigatie - Verschillenverklaring Najaarsnota 2020 - Jaarrekening 2020

Onderstaand treft u per programma de verschillen tussen de begroting 2020 inclusief Najaarsnota 2020 en de jaarrekening 2020 vóór en ná mutaties in de reserves aan. Voor een uitgebreidere toelichting verwijzen wij u naar de desbetreffende programma's. De eventuele overschrijdingen op programmaniveau maken afzonderlijk deel uit van de besluitvorming over de jaarrekening 2020.

Programma Begroting 2020 incl. NJN2020 Gerealiseerd saldo van baten en lasten Verschil vóór mutatie reserve Mutatie reserve Gerealiseerd resultaat (na mutatie reserve) Verschil inclusief mutatie reserve Toelichting verschil tussen rekening en Najaarsnota (na reservemutatie)
0. Bestuur V187.949 V184.874 N3.075 V2.672 V187.546 N403 Vennootschapsbelasting N 856, Dotatie aan Vz Appa N 406, Decembercirculaire V 361 (coronacompensatie), OZB niet-woningen V 369, Leges rijbewijzen en naturalisaties V 290, Aanvullende dotatie voorziening dub. Debiteuren uit voorzorg i.v.m. corona N 300 en vrijval voorziening privaatrechtelijk V 138, Overig V 1
1. Veiligheid N7.663 N7.234 V429 N247 N7.481 V182 Niet-besteed budget integraal veiligheidsbeleid, wijkveiligheidsplannen en PGA-trajecten als gevolg van corona V152, Overig V 30
2. Verkeer, vervoer en waterstaat N8.841 N6.618 V2.223 N1.193 N7.811 V1.030 Graafvergoeding nutsbedrijven V 501, Civieltechnische werken V 175, Fasering vervoersknooppunt Rivium V 192, Minder strooibeurten als gevolg van zachte winter V 86, Lagere onderhouds- en energielasten openbare verlichting V 61, Overig V 15
3. Economie N237 N207 V30 N33 N240 N3 Externe advisering aanbesteding en advies coronacontracten en lagere baten commerciële contracten door ontbinding contract N 51, Onbenut budget BIZ Capelle West V 24, Lagere lasten door het ontbreken van evenementen vanwege corona V 16, Overig V 8
4. Onderwijs N5.365 N5.080 V285 V85 N4.995 V370 RMC hogere lasten N 64 , RMC vrijval overschot voorgaande jaren V 205, Lagere lasten Peuteropvangen vanwege lagere bezetting V 80, Lagere lasten leerlingenvervoer V 108, Overig V 41
5A. Vrijetijdsbesteding N8.644 N8.544 V100 V40 N8.504 V140 Lagere verstrekte subsidies met name door corona V 102, Lagere lasten doordat 75 jaar bevrijding anders ingevuld is vanwege corona V 46, Overig N 8
5B. Openbaar Groen en (openlucht) recreatie N5.958 N5.294 V664 N554 N5.848 V110 Btw voordeel recreatieschap Hitland Water V 32, Verkopen en verhuur gronden V 39, Lagere lasten natuurbeleid V 26, Lagere afschrijvingslasten speelplaatsen V 25, Overig N 12
6A. Sociale infrastructuur N10.978 N10.670 V308 N1 N10.671 V307 Minder aanvragen Rotterdampas vanwege corona V 56, CPGGZ lagere afrekeningen 2018 en 2019 V 41, Incidentele vrijval budgetten Wet verplichte GGZ wegens corona V 39, Niet geraamde opbrengst doorberekening Jeugdbeschermingsplein 2019 en 2020 V 36, Niet-besteed budget LPB-congres V 30, Lagere lasten GGD vanwege niet uitgevoerde kinderopvanginspecties door corona V 20, Overig V 85
6B. Werk en Inkomen (Participatiewet) N17.355 N15.939 V1.416 V31 N15.908 V1.447 Lagere lasten en hogere baten uitkeringen incl. loonkostensubsidie beschut werk V 575, Minder trajecten begeleide participatie als gevolg van corona V 295, Lagere lasten en baten Bijzondere Bijstand V 154, Jaarrekeningresultaat 2020 GR IJsselgemeenten (onderdeel Sociale Zaken) V 189, Resultaatbestemming Promen V 177, Storting voorziening dub.debiteuren Sociale Zaken voor verstrekte voorschotten N 155, Vrijval voorschotten declaratiedeel BBZ 2017-2019 V 128, Niet voldoende kandidaten om aan te melden bij Stichting Capelle Werkt waardoor onderbesteding budget V 77, Overig V 7
6C. Wet Maatschappelijke Ondersteuning N15.046 N15.592 N546 V169 N15.423 N377 Coronacompensatie WMO aan zorgaanbieders N 600, Lager collectief vervoer (levering vervoer in verband met corona niet altijd mogelijk geweest) V 532, Hogere uitgaven huishoudelijke hulp N 317, Lagere kosten begeleiding (levering zorg in verband met corona niet altijd mogelijk geweest) V 251, Hogere uitgaven onderhoud en reparatie rolstoelen/scootmobielen N 133, Lagere eigen bijdrage CAK N 97, Overig N 13
6D. Jeugdhulp N19.535 N19.591 N56 V32 N19.559 N24 GRJR vrijval budget vanwege corona, hogere lasten worden binnen het risicobudget opgevangen V 544, Overschrijding van het budget ZIN (zorg in natura) van het jeugdhulp CJG N 461, Hogere inleg 2020 GRJR (AB 02 juli 2021) N 222, Vervallen voorschot OZA en teruggave i.v.m. geen afname percelen V 188, Hogere lasten PGB Jeugd, op basis van prognose Svb N 95, Overig V 22
7. Volksgezondheid en milieu N4.015 N3.878 V137 N75 N3.953 V62 Hogere bijdrage werkplan 2020 DCMR N 84, Lagere lasten op onderhoud zerken en monumenten doordat er minder verzoeken zijn binnengekomen voor herstel V 27, Overig N 5
8. Stadsontwikkeling N863 V547 V1.410 N924 N377 V486 Mutaties winstnemingen door aangepaste fasering N 523, Mutatie voorziening Verliesgevende projecten V 466, Kwetsbare woningvoorraad V 278, Meeuwensingel V 152 Lagere lasten en baten Het Nieuwe Rivum V 122, Overig N 9
Afronding V6 V1 N5 N3 N2 N7
Totaal V83.455 V86.775 V3.320 N0 V86.775 V3.320

Financiële kengetallen

Terug naar navigatie - Financiële kengetallen

In het algemeen beschouwd, staan we er als Capelle aan den IJssel financieel solide voor. Met een relatief hoog eigen vermogen, een schuldpositie die niet in de risicozone zit en weinig risicovolle grondexploitaties kunnen wij veel tegenvallers opvangen. De structurele exploitatieruimte is positief en de lokale lastendruk is laag. In de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing geven wij hier verder toelichting op.

Financiële ratio's Rekening 2019 Begroting 2020 Voorjaarsnota 2020 Najaarsnota 2020 Rekening 2020
1a netto schuldquote 47% 81% 12%
1b netto schuldquote gecorrigeerd voor verstrekte leningen 47% 81% 24% 16% 11%
2 solvabiliteit 35% 27% 59% 63% 62%
3 grondexploitatie 1% 5% 2%
4 structurele exploitatieruimte 4% -1% 4%
5 belastingcapaciteit 81% 81% 81%
Signaleringswaarden provincie Zuid Holland voor ratio's Categorie A minst risicovol Categorie B neutraal Categorie C meest risicovol
1a netto schuldquote <90% 90-130% >130%
1b netto schuldquote gecorrigeerd voor verstrekte leningen <90% 90-130% >130%
2 solvabiliteit >50% 20-50% <20-50%
3 grondexploitatie <20% 20-35% >35%
4 structurele exploitatieruimte >0% 0% <0%
5 belastingcapaciteit <95% 95-105% >105%

Rechtmatigheid

Terug naar navigatie - Rechtmatigheid

De toets op de financiële rechtmatigheid is door Deloitte gedaan op uitgaven en inkomsten zoals verantwoord in de jaarrekening. De accountant is voornemens om een goedkeurende verklaring af te geven, maar moet nog een tweetal onderwerpen rondom de ToZo en het CJG afronden.

Advies raadwerkgroep Structurele Investeringsruimte (SIR)

Terug naar navigatie - Advies raadwerkgroep Structurele Investeringsruimte (SIR)
Nummer Advies werkgroep Stand van zaken Jaarrekening 2020
1 Blijf de meerjarige doorrekening van de verschillende ratio’s, indicatoren en kengetallen presenteren in P&C-documenten. Hier is aan voldaan. Bij de jaarrekening presenteren we alleen de jaarschijf 2020.
2 Blijf in de meerjarige doorrekening binnen de neutrale categorie van onze toezichthouder voor wat betreft de netto schuldquote (< 130%) en de solvabiliteit (> 20%). Hier is meer dan aan voldaan. Voor beide onderdelen zitten we in "Categorie A minst risicovol".
3 Blijf voldoen aan de wettelijke regelgeving vanuit de wet HOF indien hier wijzigingen op ontstaan en kom/blijf voor de periode 2024 tot en met 2027 gemiddeld binnen de referentiewaarde voor het EMU-saldo en streef naar een waarde van minimaal € 0 EMU-saldo vanaf 2027. Hier is niet aan voldaan. Gemiddelde 2024-2027 is -/- 12.359. Referentiewaarde is -/- 7.518. EMU-saldo is in 2027 -/- 2.933 en in 2028 -/- 2.157. Stand jaarrekening 2020 is -16.788.
4 Minimaliseer het aantal bestemmingsreserves, aangezien bestemmingsreserves weliswaar een dekkingsmiddel zijn, maar nadrukkelijk geen financieringsmiddel. Uitgevoerd in Voorjaarsnota 2019.
5 Blijf behoudend begroten; Zet daarbij financiële voordelen eerst en vooral in voor versterking van de balans en het terugdringen van de verwachte schuldenlast; Laat zichtbaar de afweging terugkomen over het mogelijk heroverwegen en/of temporiseren van eerder gemaakte keuzes in de P&C-cyclus; Zoek voor het rentepercentage voor de nieuwe langlopende leningen aansluiting bij de bovenkant van wat omliggende gemeenten als lange termijn rente hanteren; Handhaaf de soort “behoedzaamheidsreserve” voor de te ontvangen accressen in de Algemene uitkering; Verhoog de lasten voor de Capellenaar niet met meer dan de inflatie, zolang daar geen directe noodzaak voor is. Rente: uitgevoerd in Najaarsnota 2019 en opnieuw in Voorjaarsnota 2020. In de Begroting 2021 zijn de percentages verlaagd meer in lijn met regiogemeenten. Algemene uitkering: uitgevoerd in Najaarsnota 2019, door de raming voor het accres te zetten op het 25-jarige gemiddelde van 2,81% i.p.v. accresraming van circulaire. Bij de meicirculaire 2020 is het accres voor de jaren 2020 en 2021 gefixeerd en derhalve ook op deze wijze verwerkt in onze begroting. Belastingen: geïndexeerd in de Begroting 2021; afvalstoffenheffing: deels verhogen voor Afvalactieplan (principe van kostendekkendheid) en deels uit algemene middelen dekken.
6 Formuleer een procesvoorstel voor de actualisatie van de Kadernota Kerntakendiscussie 2010, zodat actualisatie nog dit jaar plaats kan vinden. Over het procesvoorstel is in uw Raadswerkgroep SIR gesproken. Een eerste aanzet van de herziene kadernota zal later in 2021 met uw raad worden besproken.
7 Bepaal vanaf 2020 de norm voor de Debt Service Coverage Ratio (DSCR) op minimaal 1,0. Hier is in het jaar 2020 aan voldoen.
8 Begroot behoedzaam en behoudt vooralsnog de volledige Eneco opbrengst ter versterking van de balans en bepaal op een later moment of een gedeelte van deze opbrengsten incidenteel kan worden ingezet voor het realiseren van bestaande en/of nieuwe beleidswensen. Het bedrag dat minimaal behouden dient te blijven om het wegvallende dividend van structureel € 890.000 te kunnen opvangen bedraagt (tegen 2%) € 44,5 miljoen. Bij deze jaarrekening doen wij een voorstel voor een gedeeltelijke resultaatbestemming ter vorming van een reserve "besteding Eneco-gelden".
9 Geef bij elk P&C-document een expliciete toelichting op die resultaten (begrotingsresultaat en EMU-saldo) en ratio’s (netto schuldquote, solvabiliteit en DSCR) waar in enig jaar en/of structureel niet wordt voldaan aan de gestelde kaders. Geef daarbij aan op welke wijze er wel (weer) voldaan gaat worden aan deze kaders. Er is in deze jaarrekening een toelichting opgenomen op de resultaten en ratio's. Het EMU-saldo is minder negatief dan verwacht bij de Najaarsnota 2020. Dit is toegelicht bij het EMU-saldo. De verschillende ratio's voldoen aan de gestelde kaders in 2020. De toekomstige ontwikkeling van de ratio's worden meegenomen in de gesprekken met uw raad rondom de invulling van de taakstelling.